Vraag en antwoord & Wie wat waar

Historie => Portret Foto's => Topic gestart door: vlaardingen op 29-01-2011, 15:38:35



Titel: Ds. Leendert van der Valk 1838-1910
Bericht door: vlaardingen op 29-01-2011, 15:38:35
predikant bij de Chr. Geref. Gem. te Delft (1871) geboren op 8 okt 1838 Vlaardingen- overleden in Renkum.  Leendert van der Valk (1838-1910) wilde van jongs af „visser van mensen” worden. Op twaalfjarige leeftijd stichtte hij een zondagsschool. Een eeuw geleden overleed hij als gereformeerd predikant. Leendert van der Valk  geboren in Vlaardingen, waar de visserij toen nog de hoofdbron van bestaan was. In de kuiperij van zijn vader werden haringvaten gemaakt. Het was in deze werkplaats dat de twaalfjarige Leendert in 1850 begon met het houden van een zondagsschool. Hoe serieus hij dit werk opvatte, blijkt uit een bewaard gebleven toespraak over „de grote dwaas”, gehouden op zondag 14 oktober 1852 naar aanleiding van de gelijkenis in Lukas 12:16-21. Een academische opleiding tot het predikantschap was voor Leendert van der Valk niet weggelegd. Toch kon zijn hartenwens in vervulling gaan. Hij kwam in contact met ds. Jacob Binneweg, een hervormd predikant van gereformeerde overtuiging in Harderwijk, van wie hij de eerste vorming voor het predikambt ontving. Na diens overlijden (januari 1862) sloot Van der Valk zich aan bij de kruisgemeenten en studeerde hij onder leiding van ds. Reinder Veldman te ’s-Gravenhage. Deze zond zijn leerling in het najaar van 1863 naar de pas geïnstitueerde kruisgemeente aan de Goudscheweg in Rotterdam.

Van der Valk voldeed zo goed, dat hij toen hij afgestudeerd was meteen in Rotterdam werd beroepen. In de algemene vergadering van de kruisgemeenten werd hij geëxamineerd naar artikel 8 van de Dordtse Kerkorde (singuliere gaven) en toegelaten tot de evangeliebediening. Op 4 september 1864 verbond hij zich aan de Rotterdamse kruisgemeente. Tijdens zijn verblijf kwam zij tot grote geestelijke bloei.

In 1869 was hij een van de zes deputaten die door de synodale vergadering van de kruisgemeenten werden aangewezen om de vereniging met de Christelijke Afgescheiden Kerk tot stand te brengen. De verenigde kerken heetten voortaan Christelijke Gereformeerde Kerk. Van der Valk nam in hetzelfde jaar een beroep aan naar de christelijke gereformeerde gemeente van Delft. Hij was er ruim 22 jaar met veel ijver werkzaam. In die tijd beleefde de gemeente een dusdanige groei dat haar kerkgebouw moest worden vergroot en later door een nieuwe kerk worden vervangen. Bij de gemeente voegden zich ook geestverwanten van dr. H. F. Kohlbrugge.

Na voor vele beroepen te hebben bedankt, aanvaardde Van der Valk dat naar Scheveningen. Zondag 26 juni 1892 nam hij daar de herdersstaf op. Intussen was de landelijke vereniging van Christelijk Gereformeerden en Dolerenden een feit geworden. Nadien werd de christelijke gereformeerde gemeente als gereformeerde kerk A aangeduid. Het gezin Van der Valk betrok een groot herenhuis aan de Keizerstraat, dat kort tevoren door de kerkenraad was gekocht (foto 2).

In zijn Scheveningse jaren toonde ds. Van der Valk een warme belangstelling voor het wel en wee van de vissersbevolking. In het bijzonder interesseerde hij zich voor het werk onder zeelieden die in het haringseizoen lange tijd van huis waren. Op zijn initiatief benoemden de gereformeerde kerken van diverse vissersplaatsen deputaten voor een „kerk- en hospitaalschip.”

Ook besloten zij dat een predikant de belangen van de Hollandse vissers in Lerwick , de hoofdstad van de Britse Shetlandeilanden, zou behartigen. In de eerste weken van het haringseizoen werd er namelijk gevist in de wateren van deze eilandengroep ten noorden van Schotland. De schepen liepen in het weekeinde de haven van Lerwick of die van Baltasound binnen, waar de vissers de zondagen doorbrachten.

In 1897 maakte Van der Valk voor het eerst een reis naar Lerwick om te zien wat er voor de daar verblijvende Hollandse zeelieden kon worden gedaan. Hij kreeg alle medewerking van de plaatselijke Schotse kerk, die direct haar bedehuis beschikbaar stelde voor Nederlandse kerkdiensten. In 1898 vertoefde hij samen met zijn vrouw ruim drie weken op de Shetlandeilanden. Zondags preekte Van der Valk en in de week hield hij een Bijbellezing. Hij voerde vele gesprekken met de vissers en bezocht de zieken.

Ruim twaalf jaar bleef Van der Valk aan de gereformeerde kerk van Scheveningen verbonden. In 1904 nam hij een beroep naar Oosterbeek aan. Tot aan zijn dood, 13 januari 1910, diende hij de gereformeerde kerk aldaar.

copy ref.dagblad