Vraag en antwoord & Wie wat waar

Wie heeft meer info over het overlijden van

Nicolaas Toet, geb. Schev. (Gemeente ?s-Gravenhage) 26 febr. 1881, ovl op zee 22 febr. 1916, zn. van Leenderd en Martina Bruin, tr. ?s-Gravenhage 10 jan. 1906 Dirkje Spaans, geb. Schev. (Gemeente ?s-Gravenhage) 2 april 1882, ovl ald. 13 mei 1972, dr. van Arie Cornelis en Neeltje de Niet.
Uit dit huwelijk:
5 kinderen

Ik kan van zijn overlijden niets terug vinden.

Jaap,

Op zijn gezinskaart staat dat hij matroos was op de 'La Flandre". Wat gegoogle bracht me op de web site van Auke Visser (http://www.aukevisser.nl/esso/id33.htm (http://www.aukevisser.nl/esso/id33.htm)).  De "La Flandre" was een olietanker die op 21 februari 1916 op Duitse mijn liep.

Jaap

Op de lijst van omgekomen zeelui staan nog meer Scheveningse namen. Een van de twee overlevenden is een D. den Heijer.

Omgekomen 21 februari 1916:

Kapitein    F. van der Laan
1e stuurman    P.H. de Jonge
2e stuurman    H.L. van de Weide
3e stuurman    L.G. Leniere
1e Machinst    F.M. Meppelder
3e Machinst    P.G. Decoster
4e Machinst    G. Schipper
Hofmeester    M. v.d. Berg
Kok    G.F. van Grenen
Koksmaat    M.F. Greman
Bediende    O.J. Klop
Timmerman    J. Klein
Bootsman    K. Sjoblom-Abo
Matroos    F. Bal
Matroos    N. Toet
Matroos    W. Vink
Matroos    M. den Heijer
Matroos    P. de Graaf
Donkeyman    F. Jaffer
Olieman / Stoker    J.L.A. Becker
Stoker    B. Boot
Stoker    H. Haneveld
Stoker    C. Luckner
Stoker    C. Hauser
Stoker    F. Maghiele
Stoker    O. Johannesen (valsche naam)
Tremmer    J. Oostrop
Tremmer    D. Croese

Gered:
H. Wolkers, 2e machinist en matroos D. den Heijer.

F. Bal = Floris Bal

Floris Bal, geb. Scheveningen 29-06-1877, ovl. Op Zee 21-02-1916, zoon van
Cornelis (1852-?) en Dina Korving (1856-1939), tr. 's-Gravenhage 04-05-1898
Jacoba Spaans, geb. Scheveningen 05-10-1875, ovl. ald. 27-01-1950, dochter van
Jacob (1846-1910) en Maartje den Heijer (1848-1908).

Uit dit huwelijk:
1. Floris, geb. Scheveningen 13-02-1900, ovl. ald. 29-09-1900.
2. Floris, geb. Scheveningen 14-09-1901, ovl. ald. 29-07-1902.
3. Maartje, geb. Scheveningen 07-02-1903.
4. Floris, geb. Scheveningen 08-02-1904, ovl. ald. 05-02-1905.
5. Floris, geb. Scheveningen 13-09-1905.
6. Cornelis, geb. Scheveningen 20-02-1907.
7. Dina, geb. Scheveningen 08-10-1909.
8. Jacoba, geb. Scheveningen 06-05-1913.
9. Leentje, geb. Scheveningen 25-12-1914.

M. den Heijer = Marinus den Heijer

Marinus den Heijer, geb. Scheveningen 19-02-1887, ovl. 21-02-1916 op zee, zoon van
Nicolaas (1857-1893) en Maria Elisabeth Taal (1857-1911), tr. 's-Gravenhage
12-01-1910 Huibertje Baak, geb. Scheveningen 20-10-1887, dochter van Jacob
(1849-1925) en Huibertje Pronk (1851-1928).

Uit dit huwelijk:
1. Nicolaas, geb. Scheveningen 15-12-1912.
2. Maria Elisabeth, geb. Scheveningen 12-11-1910.
3. Huibertje, geb. Scheveningen 15-09-1914.

W. Vink = Wouter Vink

Wouter Vink, geb. Scheveningen 09-01-1893, ovl. 21-02-1916 op zee, zoon van Antoon
(1851-1901) en Cornelia Roos (1854-?), tr. 's-Gravenhage 15-12-1915 Leuntje
Spaans, geb. Scheveningen 30-05-1895, ovl. Den Haag 18-09-1975, dochter van
Cornelis (1868-1940) en Jacoba Vink (1866-1936).

P. de Graaf = Pieter de Graaf

Pieter de Graaf, geb. Scheveningen 06-10-1884, ovl. 21-02-1916 op zee, zoon van Gerrit
(1861-1923) en Neeltje Toet (1861-1951), tr. 's-Gravenhage 03-01-1908 Johanna
Roeleveld, geb. Scheveningen 13-01-1885, ovl. 23-01-1943, dochter van Huibert
(1857-1928) en Dirkje den Heijer (1856-1885).

Uit dit huwelijk:
1. Gerrit, geb. Scheveningen 09-11-1908, ovl. ald. 11-06-1909.
2. Gerrit, geb. 's-Gravenhage 20-08-1911, ovl. Putten (Gld) 11-05-1993.

Geweldig bedankt voor de zeer uitgebreide info.
Jij hebt er een heel project van gemaakt.

Mooi onderzoek.

Geen dank. Het is gewoon leuk om dingen uit te zoeken. Jij geeft de voorzetjes :)

Wat nog ontbreekt om het verhaal compleet te maken is informatie over de overlevende, D. den Heijer. Ik neem aan dat dit een Dirk den Heijer is, maar welke?

Er bestaat er nogal wat verwarring over de datum van het ongeluk: 21 of 22 februari 1916. Ik houd (maandag) 21 aan omdat dat de datum is die door de Raad voor de Zeevaart gebruikt wordt in hun uitspraak over het ongeval (https://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMKB08:000189382:mpeg21:a0001 (https://resolver.kb.nl/resolve?urn=MMKB08:000189382:mpeg21:a0001)).

Het verhaal heeft nog een staartje. Het ongeval vond plaats in de buurt van het Galloper lichtschip dat voor de kust van Engeland lag, ter hoogte van Harwich. Een maand na het ogeval is dit lichtschip gezonken, vermoedelijk getorpedeerd door de Duitse marine. In die tijd werd het grapje verteld dat het lichtschip getorpedeerd werd omdat het weigerde te stoppen. Dit doet me denken aan het volgende YouTube filmpje https://www.youtube.com/watch?v=T9WMSxV6lMs (https://www.youtube.com/watch?v=T9WMSxV6lMs).

Jaap

TUDSCHRIFT GEWIJD AAN DE BELANGENDERNEDERLANDSCHESTOOM- EN ZEIINAART,ONDER REDACTIE VANL. ROOSENBURG,Jhr. J. P. F. VAN DER MIEDEN VAN OPMEER en P. W. SACHSE.ACHT EN DERTIGSTE JAARGANG.ROTTERDAM.DRUICKERI,J J. DE JONG.1916.
s.s. ?La Flandre".Men meldt uit Hoek van Holland: Het Engelsche stoomschip,,Ousel" is gistermiddag hier binnengekomen met den 2den machinist H. Wolkers en matroos D. den Heyer van het Nederlandsche tankstoomschip , La Flandre", dat 22 Februari desnamiddags ten half zes bij de Galloper op een min liep. Vanhet lot der overige bemanning is niets bekend. De ?Ousel"gaat naar Rotterdam.De ,La Flandre" was 2 Februari van New-York naar Rot-terdam vertrokken.Volgens het rapport van den 2den machinist zonk het schipin twee minuten tijds. Of de overige 28 opvarenden alien ofgedeeltelijk gered zijn is nog onzeker. Door den sterken stroomhad de reddingboot van de ?Ousel" drie kwartier noodig omop de plaats des onheils te komen.De geredden hebben hunne redding to danken aan de om-standigheid dat zij beiden een ronddrijvenden ladder kondenbemachtigen.(Hlbld. 23 Febr.)

Dit is een voorbeeld waar de datum niet klopt. Er wordt gerefereerd aan een artikel in het 'Hlbld' van 23 ferruari, waarin staat dat de twee overlevenden in de middag van de vorige dag (dus 22 februari) in Hoek van Holland aankwamen. Het ongeval kan dus niet op diezelfde 22 februari plaatsgevonden hebben.

Dit is een duidelijker en aangrijpender verhaal (vind ik):

(uit: Stichting Maritiem-Historishe Databank)

"24 februari 1916

RN - Rotterdamsch Nieuwsblad

Een ernstige scheepsramp, 28 mensen verdronken. Een ramp, ernstiger dan nog in deze rampvolle tijd ook ter zee zich heeft afgespeeld, trof thans de Rotterdamse vloot.
De LA FLANDRE, een schip van de American Petroleum Company alhier, 2.047 bruto en 1.278 netto ton groot, gebouwd in 1888, doch nog kortelings zee ingaande gerepareerd, is maandagmiddag, bij het noodlottige Galloper vuurschip op een mijn gelopen en de gehele bemanning van 30 mensen, op 2 na, is omgekomen. Twee man zijn gered en hier aangebracht door het Engelse stoomschip OUSEL, van Manchester naar Rotterdam varende. We geven hier het verhaal van de geredde opvarenden:
Wij hebben Wolkers en De Heyer gesproken en van Wolkers, een vierkante en rap vertellende en opgewekte man, het verhaal van de ramp gehoord.
Maandagmiddag om halftwee waren we van de Duins vertrokken, zo vertelde hij. Ik had de wacht van 4 tot 8 en zou om halfzes door de vierde machinist worden afgelost om te gaan eten. Ik kwam om vijf minuten voor zes in de dienstgang, toen ik een vreselijke ontploffing op het achterschip hoorde. Dadelijk begreep ik het: Op een mijn gelopen. Ik was vlak bij mijn hut en snelde die binnen om een lijfboei te halen en vloog daarmee naar het dek om te helpen bij het vieren van de boten. Maar dadelijk aan dek zag ik dat er geen kans zou wezen om een boot buiten te krijgen, want we zonken snel. Ik keek rond en zag 4 meter van het schip een stuk hout, volgde mijn ingeving en sprong overboord om het te pakken. Dat gelukte. Het was een groot stuk, van voldoende drijfkracht, in het midden was er een lijn aan vast met een lijfboei. De boei had ik niet nodig. die richtte ik los en smeet haar naar kameraden, die ik op korte afstand hoorde schreeuwen. Ik ontdekte toen ook een zessport ladder en daar zwom ik met mijn hout naar toe, bond het hout aan de ladder en er tussen in hangend, mijn ene arm om het hout, de andere om de ladder, was ik veilig voor wegzinken.
In de verte, het was naar ik later hoorde 3/4 mijl, zag ik het Galloper vuurschip en ik bedacht, dat mijn enige redding zou wezen om daarheen te zwemmen. Dit beproefde ik ook, maar de stroom zette mij zo hard om de zuid, dat er geen denken aan was, bij de Galloper te komen. Toen deed ik wat ook het beste was, ik bleef op de plaats van de ramp, hopende dat een schip de ontploffing zou hebben gehoord en hierheen varen en een boot uitzetten zou. Zo is het dan ook gegaan. Een boot van de OUSEL heeft mij gevonden. Twintig minuten later ontdekten we De Heyer. Ik ben precies een uur te water geweest, maar ik geloof niet, dat ik er schadelijke gevolgen van heb ondervonden. Hier "De Heyer" is ook weer helemaal in orde. Zo leek het inderdaad. Doch deze tweede geredde, een klein magere matroos had niet de welbespraaktheid van zijn makker. Hij had trouwens weinig te vertellen: Was overboord geraakt, had een stuk hout gepakt en herinnert zich verder niet veel meer.
De bemanning van LA FLANDRE bestond, als gezegd uit 30 man, de kapitein was een Amsterdammer, Van der Laan, tijdelijk gezagvoerder. De eigenlijke gezagvoerder, die wij ook ontmoet hebben, was wegens een oogziekte twee reizen achtergebleven en had juist order gekregen om hier het bevel over LA FLANDRE weer op zich te nemen. Zijn gelukkig gesternte heeft hem gered. De achtentwintig ongelukkigen die het slachtoffer van deze ramp waren, zijn op twee Belgen na, Hollanders, de matrozen bijna allen Scheveningers, de stokers Amsterdammers.
Rotterdammers waren de eerste stuurman De Jong, de eerste machinist Meppelder en de vierde machinist Schippers. Er is weinig of geen hoop dat ??n van deze 28 nog is opgepikt door een boot van een ander schip. Het was zeer donker en er ging een hoge zee. De wind was ijskoud. Het schip had een boekwaarde van ruim NLG 200.000 en was niet verzekerd. De lading was voor NLG 300.000 geassureerd op de Londense beurs.
(opm: dit artikel verkort weergegeven)"

Opemerking: Maandag = 21 februari 1916
Jaap

Duidelijk verhaal. Datum gebeurtenis aangepast.

Het vinden van "Schriele" de(n) Heyer/Heijer zal voorlopig wel een raadsel blijven.

Jaap (y)