Welkom, Gast. Alsjeblieft inloggen of registreren.
22-11-2024, 12:33:17
Startpagina Help Zoek Inloggen Registreren
Nieuws: http://jolybit.nl De nieuwe trading hulp website is in de maak. U kunt hem wel al gebruiken.

+  Vraag en antwoord & Wie wat waar
|-+  Hoofdindex
| |-+  Praatgroep Scheveningen
| | |-+  Gedichten, verzameld door A.K.Pronk
« vorige volgende »
Pagina's: 1 ... 8 9 10 11 [12] 13 14 15 16 ... 18 Omlaag Print
Auteur Topic: Gedichten, verzameld door A.K.Pronk  (gelezen 209032 keer)
Jan Jansen
Gast
« Antwoord #165 Gepost op: 12-12-2009, 08:16:28 »

ROLMOPS – ROLMOPS

Haringkind en haringmoeder
Zwommen op een mooie dag
Langs de wateroppervlakte
Waar een fles te drijven lag
Een fles met rolmops
Prijs plusminus dertig cent
Hoe die fles daar is gekomen,
Is totaal mij onbekend.

Doch ter zake:
Het haringkindje, mammies jongste lieveling,
Vroeg nieuwsgierig bij ‘t passeren:
“Moe, wat is dat voor een ding”.
Waarop de oude haringmoeder
Diep ontroerd te kennen gaf
Dát mijn beste brave kleine,
Dit is ons familiegraf....!
Gelogd
Jan Jansen
Gast
« Antwoord #166 Gepost op: 12-12-2009, 08:19:13 »

HARING-PERIKELEN

In de koele Noordzee-golven
Zwom een dikke haringma;
Een paar honderd haringkinders
Zwommen Moeder Haring na.
Haringma zei: haringkinders,
Luister even goed naar mij:
Men begint één dezer dagen
Met de haring-visserij
Mensen varen dan met scheepjes
Zó maar bóven onze zee
En die valserikken brengen
Grote haringnetten mee.
Als z’een haringschool ontdekken,
Gooien ze die netten uit
En als je daarin blijft haken
Tet je kop of met je kuit,
Halen ze je uit de zee op
En- aldus de haringma -
Word je zee-banket of rolmops,
Of, nog èrger, haringsla.
d’ Eén gebruikt een zilvervorkje,
Als hij je verorb’ren gaat,
d’ Ander pakt je van een plankje,
Zo maar van een kar op straat.
Aan je staart ga j’in de hoogte,
Dán daal je in glijvlucht néér
En een paar seconden later
Ben je al geen haring meer.
En wéér anderen beschouwen
Jou als welkom medicijn;
Dat zijn katterige lieden,
Lui, die kater-fokkers zijn.
Vrijwel iedereen vereert je
Om je kuit en om je hom,
Jij zit stampvol vitaminen,
En dáár gáát het hem maar om.
Dus let op, zwem niet te suffen
Ik herhaal het nog eens wéér;
Kijk goed uit en wees een wijze,
Goede haring in ‘t verkeer.
Mocht de mens je school ontdekken
Op de een of and’re dag,
Zwem vlug wèg, vraag desnoods of je
Eventjes naar achter mag.
Doe net als de advocaten
Met de netten van de wet:
Er zijn altijd nog wel gaten
Naast de mazen van het net....


Clinge Doorenbos
Gelogd
Jan Jansen
Gast
« Antwoord #167 Gepost op: 13-12-2009, 10:11:52 »

Nieuwjaars heil- en zegenwensch

eerbiedig opgedragen aan H.M. DE KONINGIN WILHELMINA
Z.K.H. den Prins Gemaal H.M. DE KONINGIN - MOEDER
alsmede aan ‘s Lands Regeering en de Gemeenteraad van ‘s Gravenhage, doch in het bijzonder aan de:
Geachte ingezetenen van Scheveningen door de omroepers, bij den aanvang van het jaar 1917.

Weer snelde, als met arendsvlucht,
Het oude jaar daar henen.
‘t Is wederom, als vliegend schuim,
 In d’ eeuwigheid verdwenen.

‘t Is wederom, al schijnt het ons
Als nog maar pas begonnen,
Voorbij, voorbij! - En ‘t komt niet weer.
 Die draad is afgesponnen.

Zelfs oorlogsjaren duren kort,
Van achteren bekeken.
Een dag gelijkt dan maar een uur;
De maanden schijnen weken.

Toch kan er in zoo’n oorlogsjaar
Ontzettend veel gebeuren.
Ge telt ze in den vreemde niet,
Die man of kind betreuren.

Ge telt ze niet, de menschen, die
Met u het jaar begonnen,
Maar sinds geofferd werden aan
Geweren of kanonnen.

Ge telt ze niet, hen, die zoo pas
Nog goed van lijf en leden,
Nu als verminkten, met veel pijn
En zorg daarhenen treden.

Ge telt ook niet de duizenden,
Gewend aan voedzaam eten,
Die nu door duurte en spijsgebrek,
Van geen “genoeg” meer weten.

Maar niet alleen in ‘t Buitenland
Kan één jaar, heel wat geven.
Men kan ook in zijn eigen plaats
Soms wonderveel beleven.

Daar weet ons Scheveningen weer
Zeer droef van mee te spreken.
Men denke even maar terug
Aan d’ eerste bange weken.

Het was een heel mooi jaar geweest,
Het jaar, dat was vervlogen,
Men had gevaren en men kon
Op goede winsten bogen.

Men dacht dus weer met nieuwen moed
En ijver te beginnen
En mocht de vaart haar gang weer gaan,
Dan weder veel te winnen.

Maar nieuwjaarsdag was pas voorbij,
Of zie, daar is ...een staking.
Bij ‘t Socialisme hoog geacht
Zij noemt het zelfs “ontwaking”

Maar hij, die bij Gods Woord nog leeft,
Wenscht liever op te merken,
Dat Boas en zijn maaiers steeds
In ééndracht samenwerken.

Gelukkig duurt de strijd maar kort,
Men gaat weldra weer varen.
Doch zie, nauw is men weer ter zee,
Of moet met schrik ervaren.


Dat Gods gedachten hooger zijn,
Dan aller menschen denken.
Dat Zijn geduchte Majesteit,
Den stormwind heeft voor ‘t wenken.

Die storm heeft bij de Zuiderzee,
Een watersnood gegeven.
En kostte, nevens schade aan goed,
Aan velen ook het leven.

Maar ‘t stormde ook op onze zee,
Veel schepen toen vergingen;
Waarbij een viertal loggers was
Alléén van Scheveningen.

Dat gaf ellende, droefheid, wee!
Men keek...maar niets kwam binnen.
Weg was toen Vader, Zoon of Broer
Uit tal van huisgezinnen.

Daar zijn wat tranen toen geschreid.
Het “uitgesteld verwachten”,
Heeft menig harte toen gekrenkt
Moog’ God hun leed verzachten.

In Februari kreeg men weer
Een droef geval te hooren.
Toen liep een logger op een mijn,
En alles ging verloren.

Zoo was dan nu een vijftal reeds
Naar ‘t diep der zee gezonken.
En waren meer dan vijftig man
In korten tijd verdronken.

God geve, dat de luide stem,
Die daarin spreekt tot allen,
Niet bij familie slechts, maar ook
In ander hart mag vallen.

De visscherij ging voorts niet slecht,
God gaf ook zegeningen
En dacht, nadat Zijn roede trof,
In gunst aan Scheveningen.

Weldra ging men ter haring uit,
En werd er goed gevaren.
Zij ‘t ook niet zonder grootte zorg
En allerlei bezwaren.

Maar zie, wat hoort men daar op eens?
Er ligt een schip..,gevangen!
En weer een!...Nog een! En zoo meer!
Men werd door schrik bevangen.

Men zei in England kort en goed:
Gij moogt niet langer varen:
Wij zullen u en ook uw schip
Voor onbepaald bewaren.

Dat gaf beroering in het land.-
Tot na veel angst en zorgen,
De vloot weer vrijgelaten werd,
‘t Was op een Zondagmorgen.

De maand September was toen half.
Het waren blijde dagen
Bij ‘t weerzien en ‘t weer gaan naar Zee.
De teelt kon nu nog slagen!

En slaagde ook voor menigeen,
Trots Engelands verlangen.
Dat Duitschland maar één-vijfde kreeg
Van wat er werd gevangen.

Neutrale haring was goedkoop;
Maar Duitschland wou betalen.
En zoo mocht menig visscherman
Een aardig teeltje halen.


Dat geeft voor velen zoet na zuur,
En doet veel leeds vergeten.-
Dat anders d’ oorlog hevig woedt,
Dat heeft men goed geweten.

Dat weet met naam de “Honderd-drie”,
Die zich zag torpedeeren.
En wat daarvan de nasleep is,
Kan u de schipper leeren.

De Reederij verloor veel want,
Door ‘t op de mijnen raken.
En hooger, hooger steeg de prijs
Van touw en andre zaken.

In ‘t laatst der teelt kwam weder storm
En is één schip gezonken;
Waarbij van Scheveningen toen
Nog drie man zijn verdronken.

De plaats ontbreekt, om thans nog meer
Bizonders te vertellen.
En daarom nog tot slot den wensch:
Moog u Gods gunst verzellen.

Dat Reederij en Visscherman,
In ‘t jaar, na ingetreden
Die gunst begeeren mogen - en
Genieten als tot heden.

En ga voor Vorstenhuis en Volk
Steeds op de zucht en bede
Verleen hun, Heere, en rondom
En in ons, Uwen Vrede.

Eerbiedig opgedragen door de Omroepers:
DIRK DE ZWART
CORNELIS PRONK
PIETER ROELEVELD
NICOLAAS DE JAGER
DANIËL VERBAAN
Gelogd
Jan Jansen
Gast
« Antwoord #168 Gepost op: 13-12-2009, 10:13:14 »

Omwenteling van 1813

0, dag door God bereid! 0, heil door God beschoren
Uw nagedachtenis ga nooit bij ons verloren!
Rigt een gedenkzuil op, aan’t Scheveningsche strand
En grift daarop in goud: God redde Nederland.

Dank, o Scheveningsche Braven!
Dank commissie voor Uw vlijt!
Ter inzameling der gaven
Voor zo menig hart dat schreit

Schevening hoezeer gezonken
Door veel ramp en tegenspoed
Liefde, ziet m’in U ontvonken
Schevening heeft Neerlandsch bloed

Schevening, hoezeer in steden
Steeds veragt door onverstand
Schevening voed brave leden
Nog tot steun van’t vaderland

Nogmaals dank voor al Uw zorgen
En voor Uwe gaven mee
Zegen, zij U elke morgen
Dit is ook Extempore
Gelogd
Jan Jansen
Gast
« Antwoord #169 Gepost op: 15-12-2009, 08:55:31 »

Grôtje Martijntje

M’n grôtje Martijntje liep op ‘n dag in d’r dookje
naer ‘et winkeltje van Betje, om ‘et ‘ookje.
En Betje ‘a’ van alles in ‘ûs:
koffie, segaere en turref voor ‘t fornûs.
M’n grôtje Martijntje was toen al zô oud
en allien in d’r dookje kreeg ze ‘t koud,
dus ging ze mar gauw ‘et winkeltje in
en riep”Vollek” want ‘et duurde te lang naer d’r zin.
En Betje kwam, omdat ze zô sting te roope
in d’r schort d’r winkeltje binnen’ eloope.
Ze zee: “ Dag Martijntje, wat zel ‘et weze?”
“ Oh, een rolletje negerrit voor onze Keeze,
ien ons kaakies, ‘n ketoentje en twie zakkies blauw:
‘iet ei-je de centjies, non gaen ik mar gauw!”
En grôtje Martijntje ging in d’r dookje
nog effentjies nar Van der Ree voor een kookje.
Een paer jongetjies van zô’n jaer of nege
‘aa’ne een turrefje op straet neer’elege.
En an dat turrefje zat dan een touwtje:
wat zouwe ze lache om dat ouwe vrouwtje!
M’n grôtje Martijntje riep: “ Non ben ik klaer!
Wat een môi vierkant turrefje vin-ik non daer!”
Ze bukte en raepte ‘et turrefje op:
ien ruk an ‘et touwtje en ‘et turrefje zee: “Flop!”
En grôtje Martijntje Zee: “Wel ‘ede-lief,
waer blêf non m’n turrefje, waer is non die dief?
Laete ze een oud mensje daer non voor bukke?
En ik ‘a’ dat turrefje zô goed kenne gebrukke!”


Arie den Duik
Gelogd
Jan Jansen
Gast
« Antwoord #170 Gepost op: 15-12-2009, 08:57:20 »

Het Scheveningse Moedertje

Met een kanten muts en zwart geplooide rokken
Loopt een eenzaam klein figuurtje langs het strand.
Turend zwerft haar blik langs d’eindeloze verte,
met een oud, vergeelde foto in haar hand.

‘t Is een moedertje, ze woont in Scheveningen,
zeven lieve speelse kind’ren bracht zij groot;
toen haar man zwierf over vreemde verre zeeën,
zo verdiende hij voor haar het daag’lijks brood.

Op een avond, toen de stormwind is gaan loeien
en gaan buld’ren tot op de Oceaan,
brak zijn scheepje en haar leven wreed in stukken,
Later spoelden planken van het bootje aan.

Snelle schepen gingen de bemanning zoeken,
Maar na dagen keerden zij ontmoedigd weer,
Met een vlag en boei die dreven op de golven,
vele Scheveningse harten deden zeer.

s’ Avonds laat, als al haar kleintjes rustig sliepen,
met een rode blos in ‘t houten ledikant,
dwaalt ‘t moedertje met muts en wijde rokken,
vol verwachting langs het rul geworden strand,

met de foto en ze tuurt vol verlangen
naar de golven en de ondergaande zon;
want haar vrouwenhart bleef op een terugkeer hopen
ook al zei een stem dat ‘t immers niet meer kon.

Nu haar kinderen volwassen zijn geworden,
zijn zij allemaal hun eigen weg gegaan;
dank zij moeders jarenlange trouwe zorgen,
kunnen zij nu wel op eigen benen staan.

Als haar sloffen knarsen op de tere schelpen,
met haar ogen vol berusting en verdriet,
zingt de zee, als lijkt het om haar ziel te troosten,
een bewogen en een eeuwig ruisend. lied.

Elly van Breugel
Gelogd
Jan Jansen
Gast
« Antwoord #171 Gepost op: 16-12-2009, 08:24:54 »

Haring

In de koele Noordzeegolven
zwom een dikke haringma
een paar honderd haringkinders
zwommen moeder achterna
Haringma zei: “Haringkinders
luister even goed naar mij
men begint een dezer dagen
met de haringvisserij
mensen varen dan met scheepjes
zo maar boven onze zee
en die valseriken brengen
grote haringnetten mee
als ze ‘n haringschool ontdekken
gooien ze de netten uit
als je daar dan in blijft haken
met je kop of met je kuit
ben je reddeloos verloren
luister dus naar haringma
want dan is het afgelopen
en ga je in de haringsla
d’ een gebruikt een zilver vorkje
als hij je verorb’ren gaat
d’ ander pakt je van een plankje
zo maar van een kar op straat
aan je staart ga j’in de hoogte
en je daalt in glijvlucht neer
en een paar seconden later
ben je al geen haring meer
en weer anderen beschouwen
jou als welkom medicijn
dat zijn katterige lieden
lui die katerfokkers zijn
vrijwel iedereen vereert je
om je kuit en om je hom
jij zit stampvol vitaminen
en daar gaat het nu juist om
dus let op zwem niet te suffen
ik herhaal het nog eens weer
kijk goed uit en wees een wijze
goede haring in ‘t verkeer
mocht de mens je school ontdekken
op een onverwacht moment
zwem dan kind’ren voor je leven
zorg dat je verdwenen bent
handel als de advocaten
met de netten van de wet
er zijn altijd nog wel gaten
tussen de mazen van het net”.

J. de Kraa
Gelogd
Jan Jansen
Gast
« Antwoord #172 Gepost op: 16-12-2009, 08:25:28 »

De vrolijke visser

‘k Ben visser en vang steeds veel vis,
En weun te Scheveningen.
‘k Een oud, dat is waerlijk en ewis,
Maer vrees nog veur gien jongelingen.
Ik zwerf reeds jaren op de zee,
En ben nog in het werk zeer ree,

Ik vis meestal in volle zee,
Maer soms ook in rivieren,
Daer ken ik ook een kunstje mee
Op onderscheiden manieren.
Men ziet er mij niet meer veur aen,
‘k Ben oud, maer ‘k heb nog niet edaen.

Het scheelt mij niet bij deg of necht,
Ik weet zeer goed de plekken,
Ook weet ik ze meest onverwecht,
Een nieuwe kuil te ontdekken.
Het vissen is veur mij een pret,
En ‘k werk zeer kunstig met het net.

Wil er gevaer op zee ontstaen,
Meest weet ik mij te redden,
Jae teugen enen jongling aen,
Hierop durf ik wel wedden.
Van inhoud ben ik nog klei sterk,
En ook nog hiel vlug in mijn werk.

Die vissen gaet voor liefhebberij,
Die kan zeer goed oordelen,
Dat het vissen vermakelijk zij,
Als men ziet zijn dobbertje spelen.
Als ‘t dobbertje gaet op en neer,
Dan gaet ‘t naer ‘s vissers begeer.


Er zijn ook liefhebbers genoeg,
Veurwaer dat kan niet missen,
Die dikwijls des morgens vroeg
In een klein riviertje gaen vissen
Dus zing ik recht vrolijk en blij:
Lang leve onze visserij!


1870
Gelogd
Jan Jansen
Gast
« Antwoord #173 Gepost op: 17-12-2009, 08:25:36 »

Een visscher

De donder brult, de stormwind giert
De bliksem schiet, door dunne want
De wimpel draait, het pinkje zwiert
Al klemt aan’t roer, des stuurmans hand
De zware golven rollen aan
Als bergen wit getopt met sneeuw
En van de ontroerde wat erbaan
Vlucht naar de mast de matte meeuw

Maar rustig na voleinden nacht
Daalt toch de visscher naar omlaag
Hij heeft met lust zijn plicht betracht
Te midden van de ontboeide vlaag
Zijn harde hand ontsteekt het licht
En slaat de Bijbel op, zijn schat
Hij leest voor wien de stormwind zwicht
Op Wiens wenk de zee zich glad

En hoe het ranke vaartuig kraak
En slingert over het wilde meer
De visscher weet, wie voor hen waak
Zijn hart ervoer het telkens weer
Hij is het beeld, van wie de hand
Zijns Schepper in geloove kust
Wat wind er loeit, wat golf er brand
Rondom hem storm, van binnen rust
Gelogd
Jan Jansen
Gast
« Antwoord #174 Gepost op: 17-12-2009, 08:27:16 »

Hollandse Nieuwe

De haringloggers voeren uit
nauwelijks de teelt begonnen
 of daar meert reeds de eerste schuit
met honderd veertig tonnen.
Wij wachten aan de havenkant,
‘t Rumoer van blijde stemmen
Ik druk een grote eelten hand
en kan mijn trots niet remmen.

Op vijf en vijftig Noorder-breed
ving men die malse vette.
Aan vis en fust werd zorg besteed
dus klikken nu de zetten.
Een jochie deed zijn eerste reis
het viel hem vast niet tegen.
 Z’n moeder huilt van vreugd:” Dag Gijs!”
En Gijs zoent haar verlegen...

De nieuwe haring kantje-klaar
rolt van de eerste schepen.
De race won nu Leen Dubbelaar,
die heeft hem ducht geknepen...
De malse maatjes zijn er weer
voor ‘t volk van alle standen
nu Katwijk vlagt om deze eer
hijst Vlaardingen de manden...

Cor Don.
Gelogd
Jan Jansen
Gast
« Antwoord #175 Gepost op: 18-12-2009, 09:46:16 »

Het lied van den zeeman

Als ge op de breede wateren,
De grootheid van den Schepper ziet,
Als ge ‘t zilte nat hoort klateren,
Zeeman! zingt dan steeds uw lied.
Als de stormen hevig loeien,
En ge ‘s Heeren almacht spiedt,
Als de golven opwaarts groeien,
Zeeman! zingt dan ook uw lied.
Als ge uw netten rijk bevracht,
Opwaarts trekt met al uw macht
En ge zoo Gods weldoen ziet,
Zeeman! zingt dan weer uw lied.
Maar ook als alles tegen schijnt
En al uw hoop in ‘t niet verdwijnt,
Als zelfs geen sterv’ling hulpe biedt,
Zeeman! zingt dan nog uw lied.
Als ge samen huiswaarts keert,
Door niets bemoeit, door niets gedeerd,
En komt de haven in ‘t verschiet,
Zeeman! stemt dan hoog uw lied.
Maar laat gelijk, als alle dingen,
Uw denken, spreken, maar ook zingen,
Ter eere zijn van Hem, die ‘t ziet,
Zeeman! wijdt aan Hem uw lied.
Gelogd
Jan Jansen
Gast
« Antwoord #176 Gepost op: 18-12-2009, 09:47:39 »

Een Zee-schandaaltje

Door de paring
met een haring
kwam een Paling
tot een dwaling.
“Dat is shocking”
zei de Bokking,
Ook de Schol
vond ‘t te dol...
“Arm, verleid ding”
sprak de Wijting,
Ook ging fél dat Palingjong, -
bij de Tong over
de tong...
Hieraan maling
had de Paling
hij was dood..,
en lag in moten.

MORAAL

‘t Is een troost,
als wij voorgoed
ons nederleggen
Dat ‘t ons koud laat,
niets meer doet,
wat and’ren zeggen...


Woutertje
Gelogd
Jan Jansen
Gast
« Antwoord #177 Gepost op: 19-12-2009, 08:36:09 »

Neerlands bloed

‘n Scheveningse vissersjongen
Dertien, veertien jaar zo wat
Stond te praten op ‘t strand met
‘n Oude dame uit de stad
Ja, ik wil ook visser worden
Zei hij met een schitterend oog
‘t Zit bij ons in de familie
De zee en ‘t vissen zit ons hoog
Mijn twee grootvaders, mijn vader
Ook mijn oudste broer ging mee
Ze zijn alle vier gebleven
Kwamen nooit meer terug van zee
Dat is ontzettend zei de dame
Maar één ding begrijp ik niet
Nu jij een viervoudig voorbeeld
Als waarschuwing voor je ziet
Gaat u dat beroep toch kiezen
Met die risico, zo groot
Vader, broer en twee grootvaders
Vonden op de zee de dood
En de scheveningse jongen
Heeft haar toen de vraag gedaan
Uw twee grootpa’s en uw vader
Hoe zijn die dan dood gegaan
Die zijn in hun bed gestorven...
Ernstig keek de knaap haar aan
Als u dat nu weet mevrouw
Hoe durf u dan s’avonds naar bed te gaan?
Gelogd
Jan Jansen
Gast
« Antwoord #178 Gepost op: 19-12-2009, 08:38:13 »

Malse Maatjes

Als het voorjaar is gekomen
Hoor ik steeds van alle kant;
Als de haring weer in ‘t land is
Gaan de dokters aan de kant.

Voor wie is toch die reclame
Bij ‘t begin van elk seizoen?
‘k Geloof alleen voor welgestelden
Vast niet voor Jan Boezeroen.

Is het niet een beetje schande
Dat je bij zoo’n overvloed
Voor een zoute pekelharing
Vijftig cent betalen moet.

Daaglijks zie je auto’s rijden
Volgela’an met zeebanket
Dit komt niet in de consumptie
‘t Wordt in vismeel omgezet.

Is er dan geen prijsbeheersing?
Die dan toch eens zeggen kan:
Eet nu haring beste mensen
Profiteert daar allen van.

Zwijg dan voortaan met reclame
De haring is niet voor ‘t publiek
Zij is voor aristocraten
Of gaat naar de visfabriek
Gelogd
leen/spaans/
Schipper
*****
Berichten: 183


Bekijk profiel
« Antwoord #179 Gepost op: 19-12-2009, 12:03:11 »

MOEDER EN DOCHTER

Ik ken 't m'n êge self ferwête!
Ik see nog so: Joj blêf an wal.
IJ is ebleve, pand, ik weet 't al.
Toe mêd! ou op mit krête!

Dèar gunter bij de èaringbêle
achter 't Brielse kerkof so die see
dèar gong die for 't leste mee.
Toe mêd, ou op mit krête.

Ik a so'n natte dròam fannacht;
ik oar d'm deur de poortdeur gean,
nog sien 'k 'm bij de bestee stean,--
ij fat m'n and. Kind eb gedachte.

De sturm spèart iet de moaiste schúite --
de overgang komt onferoapt.
We ade pas 'n kind edoapt.
Mêd! kik, wie stèan dèar búite?

De domené, twie ouwerlinge.
Wel wel, 'n mens wordt swèar besocht.
Ik eb 't ammaer al edocht.
't Is ovve se me doaslied singe.

Lèat langsèam non de storre sakke
en trek die pèarels wat omleag.
't Is de droofste dag fandèag.
God gaf en nam. Wie mag dan morre.

Oe ken 'k m'n êge nog besinne.
Ik sien d'm noait mêr brom sowèar
Wat wordt die èaring dier fan 't jèar.
Mêd! lèat die manne binne.

-- Ons drukt een droeve plicht, berichten...
Seg mên maer niks mêr beste man,
ik a al dèage weet d'r fan
ik a al lang gesichte.

Ik ken 't m'n êge self ferwête.
So sie je wat 't leven is:
wat pande for gedachtenis.
Ik ken soms dèage krête.

Ik ken 't m'n êge self ferwête.
Je frijer gèat nèa sê fan 't jèar...
Mêd denk d'r om, ik schouw je wèar!
-- Toe moe! ou op mit krête!

 deur AREND TAEL
« Laatste verandering: 19-12-2009, 12:04:48 door leen/spaans/ » Gelogd
Pagina's: 1 ... 8 9 10 11 [12] 13 14 15 16 ... 18 Omhoog Print 
« vorige volgende »
Ga naar:  


Login met gebruikersnaam, wachtwoord en sessielengte

Powered by MySQL Powered by PHP Powered by SMF 1.1.4 | SMF © 2006, Simple Machines LLC Valid XHTML 1.0! Valid CSS!