Welkom,
Gast
. Alsjeblieft
inloggen
of
registreren
.
22-11-2024, 18:18:14
Nieuws:
http://jolybit.nl
De nieuwe trading hulp website is in de maak. U kunt hem wel al gebruiken.
Vraag en antwoord & Wie wat waar
Vraag en antwoord
Vraag en antwoord
Herinneringën deel 2
« vorige
volgende »
Pagina's:
1
...
52
53
54
55
[
56
]
57
58
59
60
...
108
Auteur
Topic: Herinneringën deel 2 (gelezen 1235806 keer)
vreemdeling
Schipper
Berichten: 1860
Re: Herinneringën deel 2
«
Antwoord #825 Gepost op:
20-06-2014, 07:23:45 »
De Noordelijke Patrouilles. no.1
In haar naan zat een zekere troosteloosheid en het kon een sfeerloos leven zijn, zo als de vele mannen ontdekten, die haar schepen bemanden.
De Noordelijke Patrouille Dienst was een speciaal onderdeel van schepen, die heen en weer stoomden tussen de Faroer eilanden en IJsland.
Het doel van deze Patrouille Dienst was om te voorkomen dat Duitse overval schepen ongezien de Atlantische oceaan zouden binnen glippen om de konvooien naar Engeland aan te vallen.
Zij zorgden ook voor een controle over de Noordelijke wateren en ook voor de duikboot bestrijding.
Gedurende de eerste maanden van de oorlog, waren bewapende koopvaardij schepen ingezet op deze patrouille dienst, samen met kleine trawlers, die dienst deden om bewapende manschappen aan boord te zetten van schepen die zij wilden controleren.
Maar zij hadden met zware verliezen te kampen.
Een vroeg ongeval was het tot zinken brengen bij IJsland van de koopvaardij kruiser Rawalpindi, die in de grond werd geschoten door de Duitse slagkruisers Gneisenau en de Scharnhorst.
Dit werd gevolgd door het verlies van nog negen koopvaardij kruisers, het merendeel getorpedeerd door de U-boten, toen zij patrouilleerden in de wateren bij IJsland en Ierland.
Hier door namen marine kruisers deze taak over om de noordelijke wateren te bewaken, maar zij konden niet lang worden benut en bij iedere gebeurtenis liepen zij grote schade op door de vreselijke weer gesteldheden.
Destroyers, ook voor een korte tijd werden ingezet, hadden ook niet het uithoudings vermogen.
Maar de op kolen gestookte trawlers werden ideaal gevonden voor deze werkzaamheden.
Hun taak was om vijandige schepen te ontdekken en te signaleren, voor zij zelf de grond in werden geschoten. Tenzij zij weg konden glippen alvorens te worden ontdekt.
Zij waren in allerlei kleuren geschilderd, behalve de grijze oorlogschip kleur.
Meestal in een dappere zwart en bruin kleur, omdat het niet de bedoeling was dat zij zich zouden verschuilen achter camouflage.
Het bleek dat zij belangrijk nuttiger waren dan de grote, dure oorlogsschepen.
Dat was dan ook de reden dat de trawlers gestationeerd werden in Kirkwall, de oude hoofdstad van Orkney Eilanden en hier vandaan de patrouille routes heen en terug stoomden tussen IJsland en de Faroer eilanden in reizen van acht tot 10 dagen, met een snelheid van 6 mijl, heen en terug, in het ruwste zeegebied wat men zich kan voorstellen.
Varend bij de Noordelijke Patrouille Diensten vonden de nieuwe zeelui aan boord van der trawlers, dat deze schepen niet de zee “doorploegden “maar de zee “bereden “, zoals een van de dienstplichtigen het eens heeft beschreven.
Stel je de traditionele Wild West stier voor, maar dan vergroot tot 400 ton en aangekleed als een schip, dan heb je een goede voorstelling wat een diepzee trawler kan zijn, tijdens een storm uit het Noorden.
Zij probeert met al haar kracht je tegen het dek te smijten, tegen schotten en andere delen van het schip te gooien, zij je stopt met te werken, te eten, te slapen, te wassen, te scheren, aan te kleden, zelfs je eigen te vervloeken.
Zij probeert je te verdoven, te misvormen, je overboord te gooien, je helemaal te vernietigen.
Zij slaat je als je er niet op voor bent bereid en er niet op hebt gelet.
In alles wat je doet, je bevecht met haar ongenadige wil om je te breken.
Zij heeft twee hoofd wapens, het stampen en het slingeren, soms gebruikt zij beiden te gelijker tijd.
Laten we ze eens stuk voor stuk bekijken.
Eerst het slingeren. Aan dek loop je rond als een dronken kerel., je houdt je angstvallig vast aan de veiligheids touwen die over het dek zijn gespannen of aan stevige uitstekende delen.
Als je het los laat, gooit ze je om en rol je de afval goot in, terwijl ijskoud water over je heen spoelt en een mooie, goede op tijd komende golf , je overboord kan spoelen, de vergetelheid in.
Beneden deks moet je bijna tegen alles vechten.
Om je aan te kleden als je op wacht moet is al een prestatie op zich.
Je wordt heen en weer geslingerd door de hut, als je even wat los laat om iets aan te trekken.
Je hebt twee handen nodig om de kousen voor de zeelaarzen aan te trekken, dus je moet je kans afwachten. Als je ze aan wilt trekken als je op de rand van je kooi zit, zal een plotselinge omhaal je tegen het dek smijten.
Je vervloekt alles en probeert weer op te staan en opnieuw te beginnen.
Het aankleden om op wacht te gaan bij mooi weer kost je 3 minuten , maar bij een storm kost het je 10 minuten.
Eten is al even moeilijk.
De tafel in de mess-room in het achterschip staat dwarsscheeps en de eters zitten op twee banken aan iedere kant van de tafel. De slingerlatten zijn ingezet om de borden vast te zetten, maar soep of ander vloeibaar spul moet je met een bepaalde techniek
eten. De kom moet je in je hand houden, horizontaal houden en een lepel vol nemen als het schip vlak ligt, en dan vlug een hap nemen tussen twee golven.
Als het schip een slinger maakt, glijden alle eters mee, boven op elkaar, eerst naar de ene kant en dan naar de andere kant, iedere man zijn bord vasthoudend met beide handen.
Meer gevloek volgt en de favoriete opmerking is...Blijf door slingeren , rotzak en kom aan de andere kant weer boven.
De mess-room bediende worstelt om de zware pannen vanuit de kombuis boven, naar beneden te brengen, zonder zich te verbranden, terwijl boven in kombuis de kok veen wanhopige strijd uit vecht met de stomende potten en pannen, die amok maken als je ze een seconde alleen laat.
Scheepskoks zijn berucht om hun temperament en in slecht weer worden zij tot het uiterste gedreven, wat verdraagzaamheid en geduld betreft.
Op zijn tijd jaagt hij de plakkers met een uitbeen mes de keuken uit.
De vettige keuken grond kan glij partij veroorzaken voor degene die er niet op bedacht zijn en hem wel drie tot vier keer van voor tot achter door de keuken laat
schaatsen met een gloeiende mok thee in de hand, voor hij weer ergens houvast heeft.
En op het laatst kom je in je kooi en komt je tot de ontdekking dat het slingerende monster je niet gemakkelijk zal toestaan om te gaan slapen,
De kooi is een vast geheel maar je lichaam niet en je rolt steeds van de ene naar de ander kant en het is niet gemakkelijk om in slaap te vallen bij deze constante beweging..
In een hangmat gaat het lichaam met de beweging van de hangmat mee en dat is veel comfortabeler, maar hangmatten worden alleen maar gebruikt als er te weinig kooien zijn en hangmatten zijn lastige dingen om vast te zetten en op te bergen in slecht weer.
Het stampen is minder hevig als het geslinger, maar het is gemakkelijker voor de eters en de slapers.
De massale glij partij bij de maaltijden bestaan dan niet, het lichaam van de slaper ligt stationair in de kooi ofschoon de sensatie op een slingerende coaster, in tegenstelling, er eerst wat aanpassingen nodig zijn.
Je slaapt met je hoofd naar de voren, zodat als het schip steeds omhoog klimt tegen een hoge golf, te lichaam bijna in staande stand komt. Dan , als ze de top bereikt en naar beneden stort. de diepte in, je het gevoel hebt dat je op je kop staat.
Maar het beïnvloed je slaap niet zoals het rollen van je lichaam.
Eigenlijk kan het, soms slaap opwekken zijn met een gigantisch inslaap wiegend effect.
Echter het stampen is zwaarder voor de uitkijken en de mannen die aan dek werken, omdat toegevoegd aan het stampen en slaan van de boeg in het golfdal, de aframmelingen van gezicht en handen komen door ijskoud buiswater.
Je raakt er doornat, geïrriteerd en verblind door.
Normale werkzaamheden worden nachtmerries van bevroren trillende handen en glijdende voeten.
Met slingeren kan je het makkelijker bekijken dan bij het gestamp, wat met een plotselinge en felle hevigheid gebeurd.
Bij slecht weer kunnen werkzaamheden aan dek gevaarlijk zijn en ook vaak teleurstellend.
Een reddingboot die los slaat van zijn sjorringen kan de levens in gevaar brengen van degene, die de boot weer vast moeten zetten.
In echt slecht weer is het gekkenwerk om te proberen het dek over te steken, wel of geen veiligheids lijnen !
Alleen in gevallen van nood, zoals bij vijandelijke aanvallen of schade, is het te proberen.
In het donker bij een zware storm geldt de volgende regel...Die op het achterschip zijn,. blijven daar en die op het voorschip zijn, blijven daar tot het weer dag is.
Kenmerkend voor een kleine trawler die eerst op de Noordelijke Patrouilles voer, was de Aquamarine, een dertien jaar oud visserij schip van zo'n 350 ton
Zij begon als een bewapend schip om andere schepen te onderzoeken en was ingedeeld bij de smokkel controle in Kirkwall.
Haar baan was neutrale schepen te onderscheppen.
Haar bemanning bestond hoofdzakelijk uit Marine Reserve manschappen.
Haar machine kamer personeel waren burgers in uniform met een bepaald contract, die zich niet als marine manschappen beschouwden omdat zij geen marine opleiding hadden gevold
Zij waren stuk voor stuk persoonlijkheden, zoals de hoofd machinist, die eens van boord ging om zijn tegenstander te bezoeken, op een trawler die kort hierna naar Aberdeen vertrok.
Toen hij wakker kwam, had een reuze kater en hij kwam pas wakker toen het schip al goed onderweg was naar die stad.
wordt vervolgd
Gelogd
Evert
Gast
Re: Herinneringën deel 2
«
Antwoord #826 Gepost op:
20-06-2014, 18:41:11 »
Aquamarine H 388
Aquamarine_H_388.jpg
(66.3 KB, 590x463 - bekeken 1086 keer.)
Gelogd
vreemdeling
Schipper
Berichten: 1860
Re: Herinneringën deel 2
«
Antwoord #827 Gepost op:
23-06-2014, 07:42:13 »
De Noordelijke Patrouilles no.2
Andere leden van de bemanning van de Aquamarina, kwamen van de Westelijke eilanden van Schotland en spraken zowel Gaelic als Engels.
Sommige van de jongere zeelui kwamen uit de omgeving, uit het Kirkwall district en konden allemaal goed dansen.
De rustige natuur van de oudere zeelui van de eilanden en afgelegen delen van Schotland, die bijna op al de trawlers werden gevonden, was van een soort, wat nooit heeft nagelaten, om indruk te maken op hun hut genoten .
De meesten waren diep gelovig en sliepen met de bijbel onder hun hoofdkussen en lazen er uit, voor zij gingen slapen en gingen regelmatig in gebed.
Aan boord van een van de trawlers was er een Eilander die iedere nacht voor hij ging slapen, midden in de hut op de grond knielde en zijn gebed deed, terwijl de rest van de bemanning scheldwoorden naar hem schreeuwden, maar ook zeelaarzen en andere zware spullen, waar zij maar de hand op konden leggen, naar hem gooiden.
'
De Schot gaf nooit toe, maar bleef doorgaan met zijn gebed en langzamerhand werden de aanvallen minder en minder, tot op het laatst hij met rust werd gelaten om zijn nachtelijke gebed te kunnen houden.
Hij had het respect van iedereen gewonnen.
Een andere karakter eigenschap van de Stornoway'ers, was hun uitstekende gezichts- vermogen..
Deze onbedorven en ongecompliceerd, bijna kinderlijke mannen, hadden licht blauwe bijna dromerige ogen, waar mee zij een voorwerp op grote afstand konden ontdekken, lang voor andere ogen het konden waarnemen.
Veel van de trawlers voeren in gevaarlijke wateren, vaak nog bij slecht zicht, waar dan de Stornoway'ers werden geroepen, om het schip te helpen tegen ongevallen.
Het was gewoon geheimzinnig op de manier waarop deze dromerige ogen een drijvende mijn of een ander klein voorwerp, zoals een reddingboei, konden waarnemen, voor dat iemand anders er maar een glimp van op kon vangen.
Boven op het stuurhuis kon een officier zijn kijker richten in de opgegeven richting waar iets was waargenomen en het kostte hem dan nog wel een volle minuut of soms meer, om het object te spotten, die de Stornoway 'ers havikken ogen al zonder hulpmiddelen had waargenomen.
Veel Stornoway 'ers konden het niet verdragen dat zij zaten opgesloten op een oorlogsschip.
Net als de grote Jim Read, een ex. walvisvaarder in vredestijd, die nooit beneden
deks kwam, op de trawler waar hij op voer.
Al zijn maaltijden at hij staande in de kombuis en hij sliep in het Carley vlot,op de machine kamer opbouw, naast de schoorsteen.
In een zeldzaam moment van vertrouwelijkheid, vertelde hij zijn scheepsmakkers.....
Ik ben bang om dood te gaan..... maar wanneer ik ga...wil ik de frisse wind in mijn gezicht voelen..... en wil ik niet gevangen zitten in de hel van een mess-dek, aan boord van een trawler.
Er waren nog veel meer andere mannen, die net als “big Jim,” peinsden over hun twijfelachtige kansen, als het schip plotseling zou zinken.
Maar een van die lui met uitzonderlijk veel vertrouwen, was de marconist van de trawler Northern Duke.
Tijdens de gebruikelijke “borrel tijd “in de haven, wedde hij onbezonnen, dat hij bij een noodgeval kon ontsnappen door een patrijs poort van het mess-dek.
Aan boord waren er veel bemanningsleden die de weddenschap met hem aan gingen.
Hij ging naar het mess-dek om het te bewijzen.
Maar hij eindigde, nakend , half binnen en half buiten de patrijspoort,vast te blijven zitten.
Omdat er ook nog twee andere trawlers bij ons langszij gemeerd lagen,, had hij nogal wat publieke belangstelling hoe hij na een goede insmeer beurt en veel getrek en geduw , uiteindelijk uit zijn benarde positie werd bevrijd.
Na dit gebeuren, was deze marconist altijd afwezig bij “rum tijd. “
Tussen de manschappen, die de bemanning van de Aquamarina vertegenwoordigden zaten ook mannen zoals de vreselijke Schot “Lofty “McDonald, een reus van een kerel, die een zak van twee honderd kilo met gemak kon optillen en die hevig ging spugen, iedere keer als hij de naam Campbell hoorde.
Er was ook een professionele zeezeiler aan boord , een schipper van een zeilboot en was de gebruikelijke opschepper die alles kon en wist.
Seiner Gordon Hooper:
Er was een eiland bewoner van het eiland Man, Bob Holmes genaamd , een echte fantast, die vertelde dat hij de wereld was rond gevaren met zijn schippers diploma
van de sleepvaart, maar veel tegenslag had gehad en hij had geen rode cent meer bezat.
Hij zou wel even de wal op gaan om eens lekker ”door te zakken “, maar dook echter direct zijn kooi in, met het excuus dat hij last had van malaria.
Zijn grootste vriend was een kleine kale Schot met de naam McGregor en het was Bob's grootste genoegen om te wachten tot McGregor sliep om dan zijn hele kale hoofd vol te kladderen met onuitwisbaar inktpotlood.
's-Nachts wachtte Bob tot McGregor aan het stuurwiel stond en kroop dan door een opening aan de achterzijde van het stuurhuis en greep rustig de onder spaken van het stuurwiel, zodat de arme oude Mac niet kon weten of het roer nu was vastgelopen of er iets anders aan de hand was.
Bob maakte Mac altijd het leven zuur, maar toch waren zij elkaars beste vrienden.
We hadden ook een luidruchtige Ierse marconist aan boord of ook wel “Die hartstikke gekke Iers “ werd genoemd, zoals de kapitein gewend was hem te roepen.
De Aquamarina was eens veertien dagen achtereen op zee geweest en had geen enkele radio boodschap ontvangen.
De marconist bleef volhouden ... Ik heb niets ontvangen :.
Maar de kapitein werd achterdochtig en vroeg het aan een ander schip.
Er werd hem een handvol berichten gegeven en de marconist werd het hoogst kwalijk genomen.
We ontdekten later dat hij jaren lang geen echt marconisten werk meer had gedaan en hij kon zelfs niet het scheeps oproep van het schip sein lezen., maar hij maakte er nauwelijks een probleem over.
En er was ook nog de onder luitenant die een beetje een vrouwen gek was.
De eerste keer dat de Aquamarina in Lerwick, op de Shetland eilanden kwam, arrangeerde hij een feestje aan de wal en besloot een fles gin de wal op te smokkelen en verstopte de fles in zijn broekspijp.
Alles ging goed tot dat we in de drukke hoofdstraat kwamen en hij de greep op de fles verloor en de fles langs zijn benen op de straat te pletter viel.
Sterke mannen moesten er om huilen..... maar, het is alles wat ik er nog van weet.
Ondertussen was er besloten dat de Aquamarina werd overgeplaatst naar het anti duikboot werk en zij ging naar West Hartlepool voor een uitgebreide onderhoud beurt, waar bij ook haar dekken werden verstevigd en ook anti-aircraft kanonnen werden geplaatst en een nieuw stuurhuis.
Na de verbouwing hadden sommige van de oudere bemanningsleden ernstige twijfels
over de stabiliteit van het schip en dat werd later bewezen op een wel tragische manier.
We voeren bij de Farces, in een storm met orkaan kracht, het schip stampend en slingerend, toen er plotseling een hoop gekraak was en het schip meteen slagzij maakte,
De radiohut was afgescheiden van het mess-dek en het water spoelde door de ventilatie kokers en zette het onder water,
Er was ook een schreeuw van.... Man over boord.
Een van de Kirlwall dans jongens, die op de uitkijk stond op de onder brug, was overboord geslagen.
Hij was een van de populairste jongens aan boord en het was een uitstekende zwemmer.
Het schip draaide bij, maar er werd niets meer van de drenkeling gezien of gehoord,
Nog lang hierna was het stil op het mess-dek, mannen keken elkaar alleen maar aan,
zonder iets te zeggen.
We konden het schip niet meer recht krijgen en het bleek later dat de ballast van schuitjes ijzer niet goed was geplaatst en vastgezet op de scheepswerf en waren gaan schuiven tijdens het slechte weer.
En zo voeren we naar de Faroer eilanden, nog steeds met een slagzij.
Wij kwamen in Thorshaven aan en werden begroet door een snauwende marine officier, die ons met luide stem toeschreeuwde en ons meedeelde, onze reparaties zo snel mogelijk uit te voeren en daarna zo snel mogelijk weer te vertrekken, omdat hij voor ons geen ligplaats had.
Hij kreeg wel wat hatelijke opmerkingen naar zijn hoofd geslingerd door de jongens en ik denk, dat als zij hem ergens in een drinkgelegenheid hadden ontmoet, zij hun handen niet hadden thuis gehouden.
Het zusterschip van de Asquamarina, de Kingston Onyx, had dezelfde veranderingen onder gaan en had dezelfde slechte ervaringen.
Er waren geruchten dat haar kapitein over zijn toeren was geraakt en was nu een patiënt voor de duur van de oorlog.
Voor ons eigen doel als anti- duikboot schip, kregen we al vroeg een perfect asdic contact en dropten een rij diepte bommen.
Maar hierbij doodde we bijna onze kok.
De kombuis deur werd ontwricht en hierdoor werd de kok opgesloten in de kombuis, de heet water geiser werd van de wand gescheurd, de kombuis kachel vloog in stukken, de kachelpijp brak af en vulde de ruimte met stoom en rook.
De kok was bijna gestikt.
Uiteindelijk werden alle kleine Kingston trawlers onbruikbaar bevonden voor de Noordelijke Patrouille Dienst en werden vervangen door grotere trawlers.
De trawler die de Aquamarina verving was het vroegere vissersschip uit Hull, de Lord Austin, tien jaar jonger dan haar en 200 ton groter, met een bemanning van rond de dertig personen.
Toen de Lord Austin uit Kirkwall vertrok op haar eerste patrouille reis, was het de inleiding van lange maanden van saai werk, in een door hevige stormen geplaagde zee voor de rest van het jaar en bijtend koud in de winter.
Wordt vervolgd
Gelogd
Evert
Gast
Re: Herinneringën deel 2
«
Antwoord #828 Gepost op:
23-06-2014, 08:24:14 »
kon geen duidelijkere vinden HMT Lord Austin FY220.
HMT_Lord_Austin_FY220.jpg
(46.87 KB, 923x370 - bekeken 980 keer.)
Gelogd
vreemdeling
Schipper
Berichten: 1860
Re: Herinneringën deel 2
«
Antwoord #829 Gepost op:
25-06-2014, 07:39:34 »
De Noordelijke Patrouilles no.3
Het eentonige werk van de Noordelijke Patrouilles was de moeilijkste taak om uit te voeren.
Vanaf het moment dat de koperen spits van de oude kathedraal van Kirkwall uit het gezicht verdween, was het twee dagen met volle kracht stomen naar de patrouille lijn en daarna een week langzaam heen en weer stomen tot aan het betoverende moment, en dat tot vreugde van iedereen, de orders werden gegeven.....Vol vooruit,.
Wat dan ook het einde van de patrouille diensten betekenden en een twee dagen snelle run voor ons lag, terug naar Kirkwall.
De te bewaken patrouille lijnen waren voor iedereen een beetje verschillend,
De meest noordelijke lijn was dicht bij IJsland en de meest zuidelijke slechts enkele mijlen van de Orkneys.
Iedere patrouille periode werd gevolgd door een periode van 4 dagen in de haven, om te bunkeren uit een kolenschip, proviand in te nemen en reparaties uit te voeren.
Na het bunkeren, moest de Austin op de boeien meren, waar dan de vuren werden getrokken, zodat de vlampijpen van de ketel konden worden schoongemaakt en machinisten, druk als vliegen, de machine kamer in doken en het geluid van hamers en schorre kreten werden gehoord.
Ook was er wat wal verlof om de genoegens van Kirkwall te beleven, een nare Gaelic stad van grijze huizen en nauwe straten .
En dan weer de zee op voor de volgende patrouille periode,
Volgens de papieren instructies, moesten de trawlers iedere 6 maanden naar Grimsby stomen, voor een onderhouds beurt, maar in principe werd deze periode vaak overschreden tot zeven of acht maanden.
Als de 6 maanden om waren, werd iedere terugkeer van een patrouille, een periode van ergernis, vaak onderbroken door een sein dat we 200 ton kolen moesten bunkeren voor nog eens een patrouille uit te voeren.
Maar als het lang verwachtte signaal was ontvangen.... Vervolg uw reis naar het bunker schip en bunker 60 ton kolen, betekende het, dat de bestemming Grimsby was en verlof in het vooruitzicht was.
Gejuich brak dan uit over het gehele schip.
Een onderhouds beurt betekende twee weken verlof voor ieder scheepswacht en dat was het enige verlof thuis bij gezin of relaties, wat beschikbaar was voor de mannen van de Noordelijke Patrouille Diensten.
De meesten van de Lord Austin's bemanningsleden waren mannen van de noordelijke Patrouille Diensten.
In tegenstelling tot de harde kern van de kundige Schotse en Engelse visserlui en ex. koopvaardij zeelui, waren er ook andere sterke persoonlijkheden aan boord, zoals Peter, met zijn rood gevlamde haardos, zoon van een sleepboot schipper, die zijn hele leven op de barges van de Thames had geleefd en die al de agressiviteit van een Cockney in zich had, klein van stuk was, hardnekkig en voor niemand bang.
En ook Guns, de kanonnier, die onveranderlijk de boel op stelten zette met zijn levende vertolking bij het zingen van het lied... “Het kleine vuile broekje wat Maggie droeg “, wat met veel enthousiasme en gevoel ten gehore werd gebracht.
Guns had een heel vreemd Yorkshire accent.
Dit gaat of doet dit .... zei hij gewoonlijk bij het verklaren van de ingewikkelde handelingen van zijn oude 4 inch kanon..... en dan komt het terug en doet dat zo !..
Hij zorgde voor eindeloos amusement voor de marconist, een man met een rond gezicht en wat kalend, een vertegenwoordiger uit Cumberland, die nooit moe werd om Guns na te doen.
Sparks (marconist ), was net als Guns een specialist.
In feiten, als de enige aan boord geplaatste marconist, was hij een belangrijk persoon en hij maakte zelf wel uit wat hij wilde.
Je zou hem nooit een officier aanhoren spreken met `Sir`.
`”Mijnheer`”was al genoeg voor hem bij een herkenning van een meerdere,
Hij was voortdurend in oorlog met de officier seiners, die hem dan ook met weinig eerbied behandelde..
De hoofd machinist, een man van midden vijftig jaar oud en nu bezig aan zijn tweede oorlog op trawlers, was afkomstig uit Grimsby.
Hij was achterdochtig en leefde met zijn gekanker.
Hij had voortdurend ruzie met de officiers staf en sommige van zijn antwoorden door de spreekbuis vanuit de machine kamer, werden een sensationele geschiedenis.
Beneden in zijn domein van de machine kamer leefden mensen zoals Paddy, de Ierse stoker, zonder ouders, familie of vrienden, die zijn verlof aan de wal doorbracht in onderkomen van het leger, wat 1½ sixpense per nacht kostte en de rest van zijn geld ging op aan drank.
En een collega stoker, Bill, een ex,lichtgewicht bokser, die de wereld was rond geweest bij de koopvaardij en beweerde dat hij met vrouwen uit ieder land van de wereld naar bed was geweest.
Aan boord van de Lord Austin, net als bij alle trawlers van de Noordelijke Patrouilles, varieerde de kleding van maf tot prachtig.... zeemans truien en broeken, overalls, windjack´s, oliegoed, duffel coats en kapok jack´s.
En als hoofdbedekking alle mogelijke dingen ,van gleufhoed tot een theemuts.
Maar nog tussen al deze soorten mensen, was matroos Patrick Bryant een eenling, met zijn totaal versleten leren jack, beschadigd en stijf van het zoute water en zijn
kapotte muts.
Patrick was afkomstig uit Rhodesie en kwam naar Engeland om dienst te kunnen nemen op 21 jarige leeftijd.
Hij was een raadsel en een bron van continentaal vermaak, ten opzichte van de rest van de bemanning.
Hij had een plezierig, intelligent gezicht, gewoonlijk met een baard van een paar dagen, maar in tegenstelling tot de verschillende dialecten op het mess-dek, had hij de spraak van een student.
Zijn manier van spreken verbaasde de bemanning, omdat in plaats van te vloeken hij zijn spotters verguisde met lange vreemde woorden, wat hun vreemd in de oren klonk.
Hij was, zo als zij hem noemde, een “grote zeikert” en ” van de pot gerukt”.
Hij had ook literaire en dramatiek ambities en deze eigenaardige aanwensels waren genoeg om hem een etiket op te plakken van “ knetter gek “
In tegenstelling tot.... of misschien wel omdat ... ondanks de spot waar mee hij voortdurend werd geplaagd, was Patrick populair bij de bemanning.
Verhalen over hem werden nog steeds verteld toen hij allang het schip had verlaten
Over zijn “rouw' ondergoed, zijn hangmat, die hij soms op hing als er geen kooi vrij was en die hij zo losjes op hing, dat als hij er in lag, de hangmat de vorm van de letter V had gekregen en hij met zijn rug op ongeveer vijf centimeter van het dek slingerde.
Patrick zong altijd , kon ballet dansen op het mess-dek na een nachtelijk wal verlof en kon plotseling uitbarsten in citaten uit de Skakespeare, met een dramatische felheid..
Patrick speelde treintje als hij wacht liep op de omloop van het stuurhuis,....... Ting,Ting... doorlopen alstublieft... nog plaatst voor 2 personen hier... staanplaatsen alleen beneden.....loop eens door... houdt u vast .
En de bediening van de bij behorende handelingen en het bellen, deed hij vol energie.
Een persoon als Patrick was altijd een pluspunt voor het moraal van de bemanning.
Zijn voornaamste verdienste was dat hij de oorlog beschouwde als een benijdenswaardig gegeven.
Hij hield ook een dagboek bij, maakte uittreksels, helder en levendig, over de Lord Austin bij patrouille werkzaamheden.
Maar eerst schreef hij over het altijd plotseling veranderende weer.
Vandaag was het ruw weer.
Op het mess-dek was het allemaal bij elkaar, ook helemaal geen mooi weer.
Dat blijkt ook uit de volgende golf waar wij nu van afglijden.
Het is net een kudde zee kabouters, ruwe schepsels van blauw-groen glas en soda-water bubbels uitblazend, die naar ons toe komen gesneld, niet lieflijk, maar wel uit een goed hart en als de zee ons slaat, zend ze ons het buiswater tot op de hoogte van de brug.
Het wordt alleen nooit kwaadwillend gedaan, maar wel op een stevige manier
Het schip schijnt het te nemen als een soort ruw spelletje, maar zij ( het schip ),is een echte sportieveling.
En nog eens.
Het is zwaar weer.
Het lijkt er op dat de boeg het water staat te gorgelen en spuit grote pluimen van ijs-groen buiswater omhoog, aan weerszijde van het schip, met een stuif wolk van buiswater tegen de ramen van het stuurhuis, als een regenbui en maakt het oversteken van het open dek, vanaf de opperte van het stuurhuis tot aan de ingang van het voorin, een gevaar vol vaardigheid en uithoudings vermogen, als je niet doorweekt wilt worden.
Sommige rennen over die afstand en hopen dan, dat snelheid het zal winnen van het weer. Soms gelukt het weleens....... Soms.
Anderen bewegen zich op een indianen manier van plaats naar plaats en steeds uitkijkend naar een ogenblik van rust in het roerige water ballet..
Beneden op het mess-dek, zijn er belangrijkere gebeurtenissen
Een onderwerp van boeiende belangstelling voor het grootste deel van deze week, is de constipatie van Peter Piper.
Op dit soort dagen worden kleinigheden plotseling zaken van groot belang.
Dag in, dag uit, hebben onze gedachten zich bezig gehouden met de verstoppingen van onze ingewanden.
Het moet zo algemeen zijn geweest dat de echo's hierover de scheeps staf moet hebben bereikt.
Te vergeefs werden de meest sterke pillen en drankjes uitgereikt, maar vandaag is de blokkade doorbroken, met een algemene en oprechte verlichting.
wordt vervolgd
Gelogd
vreemdeling
Schipper
Berichten: 1860
Re: Herinneringën deel 2
«
Antwoord #830 Gepost op:
27-06-2014, 05:45:01 »
De Noordelijke Patrouilles no.4
Dan weer terug naar het monster dat “weer “ wordt genoemd.
Het heeft vandaag gesneeuwd.
Zacht drabberig spul, wat een ogenblik blijft kleven en dan smelt.
Het gezicht op de sneeuw vanuit het raam van het stuurhuis, leek op een oude gekraste en flikkerende film, met een door de wind voortgestuwde sneeuwbui.
Een namaak hagel storm.
Het kwam plotseling vanuit een zonnige dag over de donker blauwe zee.
Bij het dichterbij komen leek het op een lichte mist., rammelde omlaag op het dek,
stekend in je gezicht, je oren deed tintelen en je zakken vulden met sneeuw.
Het was even snel over als dat het was begonnen.
De zon verwarmde ons weer en we konden op afstand regen zien vallen en overal rondom ons leek het een bepleistering met een purper kleur en gebroken wit.
Het dagboek geeft het verslag over het werk van de Lord Austin bij haar lange patrouille tochten.
Een konvooi was de afgelopen nacht verspreid geraakt, Of het door het weer kwam of door de vijand , we wisten het niet.
Maar de koopvaardij achterblijvers varen door naar de nieuwe rendez-vous plaats en zijn ons van dienst als bewonderingswaardige doel voor onze kanonnen ploeg ,terwijl ieder schip op haar beurt werd opgeroepen en een bevredigend antwoord gaf.
Het leekt er bijna op, als van een kleine jongen, die vol aandacht een oudere man bedreigd met een katapult en de oudere man ongehaast zijn waardigheid blijft houden, terwijl de jongen uit angst niet wil schieten, maar wel denkt, dat hij hem bang maakt.
Achterblijvers passeerden gedurende de hele dag, zwaar beladen..,. Een schip had zelfs vliegtuigen aan dek staan, misschien wel uit Amerika .
Allemaal doorvarend met een hondse koppigheid, kalm, ofschoon zij op de thuisreis waren.
Er heerste over deze vrachtschepen een bijna ordelijke manier om `stapvoets`door te blijven varen en een paar hadden een `herder`bij zich , een destroyer, als begeleider.
Op een dag werd er rook waargenomen tijdens de hondenwacht en daar het onze taak was om dit te onderzoeken, stoomden wij er met volle kracht heen.
Eerst leek het een andere patrouillerende trawler te zijn, maar toen we wat dichter bij kwamen, kwam er een veel grotere vorm te voorschijn, met 3 schoorstenen en erg lang.
We moeten er erg brutaal hebben uitgezien, toen we dichter bij kwamen, want al haar kanonniers hadden hun posten bezet.
Maar zij deed afstand van haar waardigheid en draaide bij en zij verontschuldigde zich naar tevredenheid.
Zij was de Empress of Russia.
Later werd er rook aan de horizon aan BB gezien en we gingen weer met volle kracht op onderzoek. Kanonniers op hun posten en met een flikkerende Aldis lamp,
Dit 2e schip antwoordde niet op ons geflits, nog op het gehesen vlaggensein, .maar kruiste onze koers.
George, onze moedige kanonnier-lader was enthousiast, zoals altijd, om eerst wat te doen en dan pas te vragen.
Maar hij werd gedwongen om zijn bloeddorst te stillen.
Het schip nog steeds geen notitie nemend van onze gezaghebbende vragen, gaf ons dan het onherroepelijke resultaat, om een schot voor de boeg te lossen..
Voor een halve kanon lading gaf het voldoende geluid en het bewuste schip veranderde van koers.
Tot onze grote verbazing stopte zij niet en weer werd er een schot voor der boeg gelost en nog stopte het schip niet.
In plaats hiervan, zond zij een noodsein uit dat zij werd aangevallen door een verdacht lijkend schip... en dat waren wij dan.
Dit was, denk ik, de enige keer waarbij een van de Hare Majesteit schepen bij de uitvoering van haar wettige taken, werd genegeerd en via de ether werd aangeduid als een `verdacht lijkend vaartuig `
Wederkerend moeten wij wel als schip een zeer bont effect van kleuren hebben getoond, sinds we zo wild waren omgesprongen met rode menie, en niet in staat waren om het over te schilderen, door de slechte weer omstandigheden.
Het is een klein wonder, dat onze oorlog verf, in combinatie met een explosie, schrik aanjagend is.
Er kon soms, meer op een dag gebeuren dan het simpele aanhouden van een passerend schip.
De dag begon al met veel verwondering.
Gedurende de nacht hadden we instructie ontvangen om samen met een andere trawler, een Fins koopvaardij schip aan te houden, wat verdacht was en er ook geacht werd dat ieder patrouille vaartuig een gewapende macht aan boord had.
Men was op het idee gekomen, omdat bij ons aan boord een paar onderscheidingen )
' George Kruisen ' waren uitgereikt.
Binnen een paar minuten, in onze gedachten gang, werden we benoemd tot een bewapende macht en vijftien minuten later waren wij het stuurhuis aan het verdedigen tegen hordes van duivelse Finnen.
Maar verdere orders maakte ons weer tot normale zeelui.
Een gewapende ploeg gaat goed voorbereid aan boord· van een ander schip.
Het neemt haar eigen voedsel mee, want ploegen zijn wel eens vergiftigd in het verleden en er wordt ook gewaarschuwd tegen de verleiding van het aannemen van sigaretten en Franse aanzicht kaarten ( pornografische voorstellingen)'
Je moet je ogen gebruiken, wat onbekendheid met de taal niet kan overbrengen.
Zo was het bij de herroeping van de orders dat wij vernietigende blikken uitoefende uit angst dat de Finnen trachtten te verbroederen met de waardigheid van het Marine personeel.
Nachtwacht: Gisteren. Drie maal bezetting van de alarm posten.
Een van de gevallen was een IJslandse trawler, de Eldborg, van zeer moderne bouw.
Het silhouet van de trawler aan de horizon leek veel op dat van een U-boot boven water en haar werkelijke identiteit was teleurstellend.
We zetten onze helmen af en er moest weer wacht worden gelopen,
Wij maakten later voor de eerste keer gebruik van onze schijnwerpers en een duikelende witte straal, maakte ultramarine vlekken op de oppervlakte van het water.
Toen keerde voor een korte tijd de rust weer terug..
Maar al snel bescheen de straal weer het donkere water, goed aan SB en over de heel lengte.
Maar er was niets te zien.
Maar na verloop van tijd, kwam de kapitein naar beneden en vroeg ons of wij iets hadden horen schrappen langs het schip, omdat het geluid in de machine kamer was gehoord en aan de brug was gerapporteerd.
Hij zei heel rustig..... Oh, het is waarschijnlijk een mijn.
Het was net zo eenvoudig als of hij had gezegd... Het is tien voor zes.
Het kostte heel wat meer dan een losgeslagen mijn om de kapitein van de Lord Austin van zijn stuk af te brengen.
Hij was luitenant N.P.McLeod, een Marine Reserve man, een Schot met een rossig gezicht en hij was kapitein geweest van de trawler Aquamarina voor hij het commando over nam van de Lord Austin, toen de kleinere schepen werden overgeplaatst.
McLeo\d was een koopvaardij kapitein, voormalig eerste stuurman op de grootste schepen van de Bank lijn
Hij was een echte marine doordrukker, heel erg kwaad als hij als schipper werd aangesproken en hield afstand van de bemanning en liet de scheeps routine over aan de andere officieren.
Gedrongen en joviaal was hij een man met een veranderlijke humeur, soms vrolijk en gemoedelijk humoristisch, maar vaak bijtende sarcasme.
Hij hield er van om liedjes op de brug te neuriën en Deutschland uber alles.
Hij haatte Lord Haw-Haw en verbood iedereen naar de uitzendingen van hem te luisteren.
Hij nam altijd verantwoordelijkheid voor zijn schip en mannen en duldde geen onzin, brulde zijn orders met harde stem als het nodig was.
Een van zijn geliefde gezegdes was,,,,, Een zeeman zonder mes is net als een vrouw zonder kont en keek hierna met raadselachtige ogen naar zijn bemanning.
Op een keer toen hij vanuit zijn hut op de brug kwam, stopte hij en staarde naar Patrick Bryant, die met een elegante houding aan het wiel stond en zei...
Ik wed , dat hij een polshorloge draagt.
Tegen een bemanningslid die, op betaaldag weigerde mee uit te gaan naar de wal, verklaarde hij...... Oh jongetje, je had gewenst dat je wel had gedaan als je op een dag in het water ligt te spartelen.
De bemanning had wel haar eigen gedachten over Mcleod en ook over de herinneringen aan hem, gehoord van de bemanning van de Aquamarina.
De populairste dracht voor officieren bij de Noordelijke Patrouille Diensten was een witte trui met boord en marine broek en deze mode was aan onze Schot niet voorbij gegaan
Zijn vrouw had hem eens een prachtige witte trui gestuurd met haar instructies dat, als het nodig was, de trui naar haar werd gestuurd om te worden gewassen.
Op een avond droeg McLeod de trui, toen hij op een ander schip was uitgenodigd voor een borrel en terugkerend naar de Aquamarina laat in de avond, maar wel erg gelukkig, besloot hij aan boord te klimmen over de zijkant van het schip. in plaats van over de gang-way aan boord te komen.
Die dag had de bemanning de romp zwart geschilderd/
En iedereen vraagt zich nu af wat voor een verhaaltje de kapitein zijn vrouw heeft verteld.
Hij was een echte doordouwer. McLeod had een sterk geloof in de oude zeeman's bijgelovigheid, dat het ongeluk bracht om koffers te pakken, voorafgaande aan een verlof.
Hij pakte nooit, met het onvermijdelijke resultaat dat de steward en de seiner een half uur voor zijn trein vertrok om met verlof te gaan, werden geroepen, hem vlug te helpen.
Met open laden en kleerkasten en alles zo maar in de koffers te smijten..
Dikwijls als de Lord Austin haar saaie patrouilles uitvoerde, was McLeod's eerste woord als hij in het stuurhuis kwam, ..... Ook zij dienden het vaderland, die alleen maar in afwachting waren.
Hiervoor was geen excuus.
Het gevoel van onbelangrijkheid werd bij de meeste officieren en mannen van de Noordelijke Patrouille Diensten zo ervaren.
Dit te moeten uitvoeren, dag in dag uit, wat schijnbaar in hun ogen de meest onnodige operatie in de oorlog was.
wordt vervolgd
Gelogd
vreemdeling
Schipper
Berichten: 1860
Re: Herinneringën deel 2
«
Antwoord #831 Gepost op:
30-06-2014, 06:59:54 »
De Noordelijke Patrouilles no.5
Terwijl zij de noordelijke wateren bewaakte, schijnbaar onberoerd door de vijand, hadden veel van hun geliefden thuis te lijden van de Duitse bombardementen.
Ver weg op de oceaan, kropen bemanningen rond de radios en luisterden angstig naar de BBC verslagen, dat een bepaalde stad in de Midland's de afgelopen nacht zwaar was gebombardeerd .
De onwerkelijkheid van de patrouille diensten werd eens gepeild door een van de nieuwkomers van de bemanning van de Lord Austin, die aan de officier van de wacht vroeg, wat hij zou doen, als we het Duitse slagschip Tirpitz zouden tegen komen.
Zonder aarzelen antwoordde de officier..... Natuurlijk er op af en aanvallen.
Het idee al van onze trawler met haar “waardevolle”kanon er naar toe te gaan om de trots van de Duitse marine te ontmoeten, leek mij zo belachelijk, dat ik het riskeerde een suggestie te doen, dat het beter zou zijn voor allen die er bij betrokken waren, om er van door te gaan en te hopen dat wij niet waren gezien en dan de positie van het schip door te seinen naar het hoofdkwartier.
Officier no.2 richtte zich op en zei droog...
Het bestaat niet in de traditie van de Britse Marine om weg te vluchten.
Maar een strategische terugtrekking , Mijnheer, vroeg ik ?
Natuurlijk niet, Wat is een trawler en dertig dwaze mannen in vergelijking, om de kans te krijgen een schot op de vijand te lossen.
Wat kleine verlichtingen van de sleur van het patrouilleren was, dat het werd toegestaan om drijvende mijnen de laten exploderen of tot zinken te brengen, De mijnen waren gewoonlijk los geslagen en op drift geraakt, vanuit de Britse mijnen velden die in het NO waren gelegd.
Het dagboek van Bryant beschrijft het
Bij zware zeegang op klaarlichte dag ... een drijvende mijn.
De mijn werd net na de thee tijd waargenomen.
Het schip veranderde van koers en voer er om heen., terwijl iedereen het geloof dat de mijn wel tot zinken konden worden gebracht met geweer vuur.
De 1e officier zat al bij het Hotchkiss kanon en ik moet toegeven dat zijn bedoeling goed was.
Het ingewortelde teken van dreiging wankelde en hobbelde op de woeste zee.
Er om heen varend,en nog eens er omheen en de lucht werd al gauw verpest door de verstikkende kruitdamp en de oren suisden van het schieten van de geweren.
De Hotchkiss deed het water opspatten en af en toe ketste een kogel op het water af en schoot de lucht in.
Toen het schieten door ging en de mijn, ofschoon geraakt en zinkende, geen teken gaf dat ze spoedig geheel zou zijn gezonken, werd McLeod ongeduldig en schreeuwde naar beneden naar de schutters op het dek.... Als je haar deze ronde niet te pakken krijgt, zal ik de reddingboot te water laten en kunnen jullie de bajonet op het geweer steken en kunnen jullie op de mijn aanvallen.
Er waren op zee ook tekens te zien die vreemd waren voor de niet visserlui.
De nachten waren ongerieflijk en luguber door het Noorderlicht.
Dit ivoor kleurige licht, rijzend en dalend en fel flikkerend, geeft het gevoel van verlatenheid en eenzaamheid, zo´n verlatenheid en eenzaamheid als op de ijsvlakten van het hoge Noorden, waarvan de weerkaatsing dit natuurverschijnsel wordt veroorzaakt, zoals sommige beweren
Wij passeerden een Zweeds schip en zij verstevigde onze hoop op vis, bij het laten zien van vers gevangen grote grijskleurige kabeljauwen.
Een ruilhandel werd al snel overeen gekomen en wij kregen voor een waarde van 5 Engels ponden aan vis terug voor een half pond belasting vrije tabak uit de Bonded stores..
De vissers kwamen langszij en gooide de vis, niet aan ons , maar naar ons gedurende wel tien minuten. Het leek er wel op, of er vis uit de hemel regende en we konden het alleen maar met graagte accepteren.
Toen de vis regen op hield, lag het achterdek vol met schelvis en wijting.
De echte zee reizigers bij hun mannelijke beroep in de stormachtige wateren die wij kruisten bij onze patrouilles, waren de mannen van de visserij schepen, met rode zeilen, die klapperden in het noordelijk zonlicht.
Zij kwamen van de Faroer eilanden.
In tegenstelling tot de Orkneys, zijn deze Deense eilanden goudkleurig als hooi en de koude lucht heeft de zachtheid van knapperig gemaaid gras.
Er zijn steile baaien en het water in de baaien is Pruisisch blauw.
In het voorjaar zijn de Faroer voortdurend door mist vlagen omgeven, die als dragonder soldaten op je afstormen.
Andere eilanden komen langzaam in zicht , maar deze eilanden komen plotseling te voorschijn..
De Faroer werden verdedigd door Engelse kust batterijen en haar geschuts bemanningen waren erg snel geërgerd en schoten graag.
De Lord Austin stoomde eens een fjord binnen en plotseling een `wham `vanaf de wal en een zware granaat ketste af op het water voor de boeg van de trawler.
Zij hees vlug haar verkenning signaal en stoomde verder,
Bij haar volgende bezoek aan de Faroer, wachtte er een pakketje op haar.
In het pakje zat een 4 inch granaat, netjes gepoetst en op een eikenhouten plateau geplaatst, samen met een kaart waarop geschreven stond... Voor jullie...wij geloven jullie.
De afgeschoten kogel was aan de andere zijde van de fjord geland, gevonden, opgepoetst en aan het schip gegeven.
Hierna werd het als aandenken in de officiers hut geplaatst.
Het verhaal gaat dat deze gewelddadige kust schutters dezelfde stunt hebben geprobeerd met een voorbij varende Britse destroyer..
Maar prompt nam deze destroyer wraak, door een trainings oefening te houden met al haar geschut torens met als doelwit het leger kamp, die dan ook direct werd geëvacueerd.
Maar het merkwaardigste bezoek van de Lord Austin aan de Faroes was, toen zij aan het patrouilleren was, dat zij tot ontdekking kwam dat zij ernstige problemen had met de Asdic aansluitingen aan de buitenzijde van het schip..
Er was besloten dat zij Thorshaven zou binnen lopen en de hulp vragen van een duiker.
Seiner Hooper geeft hierover verslag:
Het was een mooie zomeravond en we lagen gemeerd aan de wal.
Voor ons lag de destroyer HMS Bedouin op punt om te vertrekken.
Het was heel snel merkbaar dat er wat in de lucht hing.. er waren veel activiteiten van groepen lokale bewoners aan de wal en robuust uitziende grote Faroer roeiboten
die zich verzamelden in de fjord.
En toen begon het feest.
Een school walvissen was net voor de kust gesignaleerd en blijkbaar was dit een van de grootste evenementen op Faroer kalender,
De roeiboten vertrokken naar de fjord en vormden een grote cirkel rond de walvissen.
Elke boot had een grote steen met een lengte touw aan boord, waarvan de inzittenden van de boot de steen overboord gooiden en het erna weer uit trokken.
Op deze manier dreven zij de walvissen, zoals een kudde schapen, naar het ondiepe water en waar de lokale jongens, gewapend met messen en harpoenen in het water sprongen op de ruggen van de walvissen en begonnen met het gevecht met de vissen.
Het was een verbazingwekkend gezicht, met de Lord Austin gemeerd in het midden er van en de Bedouin die probeerde, om te vertrekken.
Toen alle walvissen aan de wal waren afgeleverd en door de lokale bevolking opgehaald, gingen de meeste van de lokale bevolking op weg naar een zuip feest in de dorpshuis,wat de hele nacht duurde.
Onze jongens die in de gelegenheid waren om te klaplopen bij het wal verlof , namen deel aan aan de gelukwensen,menigte, wat resulteerde in een aantal katers en punt hoofden, de volgende morgen.
In te midden van dit alles, wachtte wij op de komst van de machinist van de basis en de civiele duiker, voor onze reparaties.
Uiteindelijk arriveerden zij, de Marine officier met een enorm punthoofd en de Faroer duiker zo zat als een aap, dat hij amper op zijn voeten kon blijven staan
Dronken of niet, hij moet het water in en het werk uitvoeren, zie de officier, en de oude duiker wrong zich letterlijk in zijn duikerspak en ging het water in.
Ondank alles verrichtte hij eerste klas werk en hierna ging hij terug naar het drink festijn.
Wij ontdekten dat deze jaarlijkse walvisjacht een van de hoofd bronnen was van de voedsel voorziening van de Faroer bewoners.
Zij sneden de stukken walvisvlees in repen en hingen deze buitenshuis op in de open lucht, om te conserveren.
Er was ook nog een gelegenheid wat minder gelukkig was, toen de Lord Austin weer problemen had met haar Asdic apparatuur.
Zij was onderweg van IJsland naar Kirkwall en liep voor de wind weg tijdens een van de ergste stormen die de bemanning zich kon herinneren.
Uiteindelijk werd de vuurtoren van North Ronaldsay, Orlmey verkent en we verdaagden door de harde wind snel aan lager wal.
Voor luitenant McLeod was er maar een mogelijkheid die hij kon doen..... draaien en tegen de wind in gaan stomen en hij gaf de bemanning orders, zich goed vast te houden bij deze koers verandering.
De Lord Austin vloog de lucht in en kwam me een klap neer dwars op een oplopende golf.
Hierbij werd haar hele Asdic apparatuur aan de buitenzijde van het schip afgerukt en ging verloren.
Later liepen we veilig Kirkwall binnen.
Deze stormwind bleek later een orkaan te zijn geweest die dwars over IJsland trok en zware schade aanrichtte aan bijna alle leger kampementen van de geallieerde legers.
wordt vervolgd
Gelogd
Evert
Gast
Re: Herinneringën deel 2
«
Antwoord #832 Gepost op:
30-06-2014, 07:08:29 »
The ‘Tribal class’ destroyer HMS Bedouin at anchor in Iceland when she was waiting to join an Arctic convoy earlier in 1942.
HMS_Bedouin.jpg
(84.3 KB, 1057x636 - bekeken 923 keer.)
Gelogd
vreemdeling
Schipper
Berichten: 1860
Re: Herinneringën deel 2
«
Antwoord #833 Gepost op:
02-07-2014, 08:49:26 »
De Noordelijke patrouille no.6
Er volgden nog meer reparaties en daarna weer terug op patrouille.
En nog weer eens... alles wat in 't zicht komt, aan gaan houden en controleren.
Volgens Bryant's dagboek:
Het bleef mistig gedurende de nacht en in de vroege morgen en op die tijd kwam er in de mist een silhouet van een konvooi, met scherpe boegen en veel schoorstenen..
Een destroyer praaide ons en een Amerikaanse destroyer stoomde om ons heen.
Wij stonden het konvooi toe om door te varen.... zoals bij elke en iedere gebeurtenis in het logboek werd geschreven, als wij met een schip in contact waren geweest, of het nu een Empress lijnschip was of de zeilen van een visser uit de Faroer.
Zo was nu eenmaal de arrogantie van Patrouille Dienst.
En wat later: een achtervolging in de duisternis.
Eerst beantwoordde zij niet onze signalen. Zonder twijfel waarschijnlijk een lakse wachtsman, maar na een uur was onze kapitein tevreden en wij hervatten onze werkzaamheden.
We waren nog niet eens weer gewend aan het zware slingeren door de wind op de kop of we waren weer met vol vermogen onderweg.
Over de radio hadden een SOS sein ontvangen.
Een getorpedeerd schip, een van de twee schepen welke die nacht een oproep hadden uitgezonden,
Het eerste schip had al een schip om haar te helpen, bijna op hetzelfde moment dat zij het sein uitzond, maar het was de oproep van het tweede schip, waar we nu met volle kracht naar toe stoomden.
En toen we zo voor de wind stoomden met het geluid van de draaiende machine bij een spoed geval, wat zou dan de gedachten en woorden zijn geweest van de mannen in de mess-room ?
Niet allemaal zo menslievend denk ik, als het een zaak is , waar wat aan te verdienen valt.
Gaan wij slepen .... het schip veilig binnen brengen .. en het resulterende bergingsloon... en veel waren de verhalen over soortgelijke ongevallen en verdiende bedragen, geld wat ons in een paar dagen tot welgestelde zeelui kon maken.
Met het geluid van een verminderd machine vermogen, vervloog ook onze droom in het niets.
Weer eens hadden onze goede bedoelingen niets opgeleverd veroorzaakt door een ander schip, wat dichter bij was.
Maar Gode zij dank, dat er een schip dichter bij was.
Een redding poging bij een andere gebeurtenis werd alleen beloond met een korte aantekening in het journaal van de Lord Austin.
Maar Bryant maakte een verslag van het volgende verhaal.
We kregen orders om hulp te bieden bij een schip wat in brand stond.
En met volle kracht stoomden we Noordwaarts.
Er werd gedacht dat er een bemanning van 80 personen op dat schip was en dekens en voedsel werden klaar gemaakt voor dit aantal mensen
Het eerste wat wij zagen was een dunne strook van grijze rook aan de horizon.
En daarna werden de masten en het voorschip zichtbaar.
De brand gaf een dun purper rookgordijn rond het drama, waartegen de vlammen zich scherp aftekenden.
Iedereen stond er naar te kijken toen wij naderden, ook degenen die geen wacht hadden.
Over het algemeen wordt er gedacht dat een brand op zee iets dramatisch is.
Dat is niet zo, omdat een brandend schip een algemeen object was van gelatenheid, zoals een vrouw met veel pijn, het dapper draagt of er niets aan de hand was..
De brand, die hevig woedde op het achterdek, leek ons morse seinen te geven, toen het vuur zich snel verplaatste naar het voordek.
Meerdere keren dachten wij dat de flikkering van de vlammen morse seinen waren en het leek hoopvol, maar we werden er door misleid.
We stoomden vlak langs haar heen, in de hoop overlevenden te zien, draaiden alleen maar toen het schip verdween in een schamele sigaretten gloed in de diepte van de nacht.
Ons zoeklicht doorboorde de duisternis, maar we vonden niets.
Het gehuil van de toenemende wind joeg de vlammen hoog op alsof het leek dat ze ons uitlachte om onze goede bedoelingen en onze starende ogen.
Toen wij van koers veranderden om terug te stomen waren de silhouetten van de geschut posten zichtbaar tegen de gloed en de weerkaatsing er van verlichtte de zee, en de weg drijvende wolk van opstijgende rook.
We hielden de hele nacht stand-by en bij daglicht werden we afgelost door een sleepboot van de Admiraliteit en een escorte vaartuig die de wacht van ons over nam.
Toen kwam er een reddingspoging, maar een gedeeltelijke.
Om vier uur op dezelfde middag praaiden wij de trawler Northern Chief en namen twee Britse piloten van haar over die zij uit het water had gered toen hun Lockheed-Hudson vliegtuig, motor pech kreeg.
Het vliegtuig viel uit elkaar toen zij op het water stortte.
Van de vier inzittenden die uit het vliegtuig waren gesprongen, werden er maar twee gered. De twee anderen vonden gedood, een door verdrinking en de andere werd gewurgd door de kraag van zijn shirt en stropdas, die in het water krompen en hem deed stikken.
Een afstotend ongeval en erg vreemd
En zo ging het patrouille leven door, onderbroken door zulke droevige incidenten en met het op mijnen schieten, en vreemde stukken wrakhout uit het water te vissen.
De oceaan is een gulzig wezen die gauw vermoeid raakt van zijn haastig ontfutselde prijzen..
Het bewijs was de kleine verzameling die we hadden verzameld tijdens onze werkzaamheden...... een reddingboei van een destroyer, een zwemvest, een lichaam, bomen, planken balken en vaten.
Meer dingen kwamen hier nog bij in de loop van de dag.
Twee vlotten werden opgepikt, waarvan in een er van een heren sokken ophouder werd aangetroffen, als bewijs van menselijk gebruik niet zo lang geleden.
Het waren vlotten van een Zweeds schip , genaamd Rimfrashe en afkomstig uit Bergen.
De biscuit en water blikken werden onderzocht en we vonden fakkels, lucifers en batterijen.
Al heel snel hadden we de naam van vuilnisman, omdat het grotendeels onbruikbaar was, maar het gaf de rapers wat praktisch onderricht.
Vandaag was een stel planken, een gaffel en een anti-aircraft vlieger, onze buit.
Vier destroyers kruisten onze koers en stoomden in zuidelijke richting, een grote hoeveelheid buiswater over zich heen strooiend, zoals een olifant zand over zich heen strooit.
Als het eentonige leven van de Lord Austin iets verschilde met dat van ander patrouille schepen, was zij beslist verschillend wat geriefelijkheid betrof.
Dat ontdekte een van onze bemanningsleden, toen hij in Kirkwall was.
Hij ging naar de trawler Kingston Agate om te zien hoe het met een vriend van hem ging.
Die trawler leek erg veel op onze trawler, behalve, dat het op het mess-dek veel levendiger was door kleine rode torretjes van de kakkerlak familie,
Het waren er tien duizenden.
Zij zaten overal, op het dek, het luikhoofd, het plafond, de tafels, de kooien en zelfs op de bewoners van het mess-dek, die er zich schijnbaar niets van aan trokken.
De hele plek leek een grote groep levende, kruipende en vlugge insecten te zijn.
Zij kropen over het voedsel op de borden en moesten er vanaf worden geveegd voor een hap kon worden gegeten en ze vielen op je haar en je schouders, als je aan tafel zat.
Mensen lief, zei ik hem. Hoe kunnen jullie hier zo leven ?
Hij lachte maar een beetje en zei..... Och, we zijn er aan gewend en wij nemen er weinig notitie van.
Ik dankte mijn gesternte, dat de Lord Austin vrij was van zo'n plaag en voor een keer was ik blij om terug bij haar aan boord te zijn.
Ofschoon het de taak was van de Asdic trawlers om U-boten op te sporen en naar Asdic signalen te luisteren, werden maar weinig U-boten opgespoord of gezien.
Zij moesten de Britse patrouille lijnen hebben door kruist, op hun tochten naar en van de Atlantische Oceaan en als zij een trawler zouden hebben gezien, hadden zij geen schoten of torpedo's aan hen verspild.
In het algemeen werd verteld dat de U-boten hun positie bepaalde op de langzaam ploegende Noordelijke Patrouille trawlers als zij naar of van een patrouille terug keerden.
Onder de trawlerlui werd dit ervaren als een soort “heren verbintenis “ .
Als wij jullie niet aanvallen, doen wij het ook niet.
Deze theorie was het een vreemd bestand tussen de trawlers en de U-boten en het werd bevestigd met de affaire met de trawler Visenda,
Op patrouille werd een Asdic signaal ontvangen van een U-boot en diepte bommen werden gedropt, en er was een bewijs dat de Duitser was beschadigd of misschien wel gezonken was
Wordt vervolgd
Gelogd
vreemdeling
Schipper
Berichten: 1860
Re: Herinneringën deel 2
«
Antwoord #834 Gepost op:
02-07-2014, 08:51:50 »
De Noordelijke patrouille no.7
Op een Zondag middag, enkele weken later ging een van de uitkijken van de Visenda naar de kombuis om zich te warmen en op dat moment, kwam achter de trawler een U-boot boven water.
De officier van de wacht liet de kapitein roepen en gaf meteen het bevel het roer hard bakboord te geven, zodat het voorste vier inch kanon in stelling kon worden gebracht.
Maar de kapitein van de Visenda die op de brug kwam, niets wetende over de order, gaf de tegen order ... Hard Stuurboord ( enkelschroefs trawlers draaien gemakkelijker en vlugger over stuurboord door de rechtsom draaiende beweging van de schroef ).
De onfortuinlijke warboel die hierdoor ontstond, gaf de bemanning van de U-boot de gelegenheid haar kanon te bemannen, loste 9 schoten op de hulpeloze trawler en maakte een nood duik, voor de trawler antwoord kon geven op de beschieting.
De granaten ontplofte in de kombuis van de Visenda en vulde de kombuis vol scherven, wat zelfs in het brood kwam, wat juist was gebakken.
Zij raakte ook de brug en de kapitein werd gedood door rondvliegende glas splinters van de gebroken ruiten.
Was dit wraak van de U-boot of was het een aanval ?
Of het moet zijn vergeten door een van de betrokkenen.?
Er waren er veel die hierin geloofden.
Er waren twee directe resultaten aan het Visenda ongeval.
Een er van was dat alle patrouille trawlers uiteindelijk werden uitgerust met beschermende triplex glas ruiten voor de brug ramen.
Het andere was, dat zij om de beurt naar een nieuw geopend training centrum in Tobermoty, op het eiland Mull werden gestuurd voor een intensieve herhaling oefening onder de doordringende blikken van Commodore Sir Gilbert Stephenson.
De reeds legendarische oude “Aap “zelf.
Einde
Wordt vervolgd
Gelogd
Evert
Gast
Re: Herinneringën deel 2
«
Antwoord #835 Gepost op:
02-07-2014, 12:08:20 »
Northern Chief als de Gylfi BA77.
Gylfi1.jpg
(35.57 KB, 600x320 - bekeken 895 keer.)
Gelogd
vreemdeling
Schipper
Berichten: 1860
Re: Herinneringën deel 2
«
Antwoord #836 Gepost op:
04-07-2014, 01:03:45 »
De schrik van Tobermory no.1
Tobermory: De orders om daar heen te gaan voor de bijscholing, werden met schrik ontvangen door de gehele bemanning en nogal gevreesd bij de officieren.
Niet voor de hardheid van de opleiding, maar om haar zeer ontvlambare Commodore, een vice Admiraal met grote bakkebaarden, terug gehaald van pensionering, om de konvooi escort diensten, weer wat vorm bij te brengen.
Commodore Gilbert Stephenson stond bekend in verzachtende termen als Merk Aap of Elektrische Bakkebaard en nog eenvoudiger, de schrik van Tobermory.
Zelfs zijn vrouw gaf het toe.
Mijn man is een nogal heftig baasje. Erg heftig, heel efficiënt en ondanks zijn jaren, erg energiek en vol arbeid lust, want hij was pas “midden zestiger “ jaren oud.
Op die leeftijd had hij zijn pensionering onderbroken, om zijn vlag te laten wapperen in Tobermory, op een oude Hollandse paarden boot, eens gebruikt om levend paarden vlees naar Rotterdam te vervoeren.
Dit schip, zijn basis, had een andere naam gekregen en heette nu HMS Western Isles.
Zijn krijgsschool begon midden 1940 en de rillingen over zijn lijfelijke optredens, weerklonken over de hele vloot.
Al spoedig had Merk Aap zich verzekerd van de hulp van een vliegtuig van de vloot
vliegtuig dienst, onderzeeërs, motor barkassen en speed boten, om te helpen bij de imitaties van gevecht handelingen voor het gebruik bij de nieuwe korvetten, fregatten en sloepen, die naar Tobermory werden gestuurd, zodra zij van de scheepswerven afkwamen.
Maar ook voor de veteraan schepen die er heen werden gestuurd voor opfris
cursussen, zoals de trawlers van de Noordelijke Patrouille Dienst.
Merk Aap behaalde uitstekende resultaten met zijn methoden, die niets te maken hadden met de Marine discipline.
Hij werkte met angstaanjaging, verrassing en schrik technieken.
Tot op de hoogste graad wilde hij iedere officier ter plaatse overplaatsen als hij constateerde dat deze officier onbruikbaar was.
Eens zei hij tegen de hoofd officier van een trawler. .... Stel je voor dat ik al je officieren overplaatst en al voor vervanging heb gezorgd.
De hoofd officier weigerde, tot zijn grote blijdschap.
De Commodore had in werkelijkheid geen macht om een officier van een schip af te halen, behalve wanneer de officier schuldig was aan wangedrag, dronkenschap, krankzinnigheid of geweld.
Maar de Commodore kon wel een officier “wippen “ als hij van mening was dat de officier niet goed functioneerde en gaf dan de Admiraliteit een seintje dat hij Luitenant X naar de wal wilde halen voor aanvullende trainingen en meteen de Hoge Heren van de Admiraliteit vroeg, wilt U zo welwillend te zijn om een vervanger te sturen ?
De trawler bemanningen bij hun herscholing, die twee tot drie weken duurden, vonden zich terug bij dag en nacht schiet oefeningen, het nabootsen van de jacht op duikboten met een echter onderzeeër, bij navigatie instructies en zelfs ook nog bij veld trainingen in de omringende heuvels.
Een als piraat uitziende hoofd officier met een zwarte baard en gewaxte uiteinden van zijn snor, gaf hun lugubere en liederlijke lezingen over de plichten van uitkijken en waarschuwde hun in een nettere taal, dat de Duitsers precies wisten wanneer de wachten werden afgelost op de Britse schepen en vaak dan aanvielen, als de nieuwe wacht, met ogen nog vol slaap, op hun posten kwamen.
De manschappen van de trawlers hadden nooit eerder zulke zware oefeningen moeten doen sedert hun vorige training en sommige hadden zelfs helemaal geen training gehad.
Over deze trainingen waren zij niet bijster enthousiast.
Gestapo tochten ( overval )werden met kleine boten uitgevoerd,. Ze slopen naar de trawlers toe, om een onoplettende kwartiermeester te betrappen.
Merk Aap zelf, in een boot die hij gebruikte voor tochten in de haven, verlaagde zich, om ongemerkt bij daglicht en zelfs 's-nachts aan boord te komen en dan ongemerkt iets waardevols uit de officiers hut mee te nemen.
In de morgen na zo'n nachtelijke sluip tocht, zou een van de onfortuinlijke schepen een alarmerend signaal ontvangen.....Ik heb uw sextant in mijn hut. Kom en haal hem direct op.
Hij had ook andere trucage.
Hij sloop aan boord van een schip en kroop dan naar een van de dienstplichtigen en schreeuwde dan plotseling in zijn oor........ Daar op BB boeg, ligt een duikboot... doe er wat aan, ...man doe wat !
Op een andere dag was hij op een dergelijke manier aan boord gekomen van de Lord Austin.
Hij kroop weer naar twee dienstplichtigen toe, die hij zag staan en siste....Er is brand op het mess-dek....... Waarop een van de mannen rustig antwoordde... Oh ja mijnheer, we zorgen er voor dat daar altijd een lekker vuurtje is.
Zo verdienden ook zij hun kleine overwinningen, want de aankomst van de Lord Austin, op het territorium van Merk Aap, was verwarrend.
Zij kwam Tobermory baai binnen lopen met al haar 4 officieren op de brug, met schone kragen en dassen en bezorgde blikken.
Zij pakte de eerste boei om op af te meren en alles verliep perfect.
Het was een model demonstratie en de officieren ontspanden zich.
Zij hadden in ieder geval een goede start gemaakt.
Maar toen kwam het donderend sein van de wal.... Waarom heeft u op de verkeerde boei gemeerd. Ga ogenblikkelijk naar boei no,4.
De bemanning hoefde zich niet te schamen, want vriend Merk Aap, die elk schip wat binnen liep bekeek en de tijd op nam met een stop-watch, als zij op de boei meerde.
Vaak was het zijn gewoonte om een nieuwe opdracht te geven, om op een andere boei te meren, om te bekijken hoe zij dan deze voorstelling zouden uitvoeren.
Maar voor de Lord Austin was het wel slecht om alles te kunnen volgen.
Het was Merk Aap regels dat iedereen aan boord in staat moest zijn om van functie te verwisselen en het werk moest kunnen doen van de ander, wat vaak een chaos veroorzaakte bij de oefeningen, waarbij iedereen waanzinnig van post werd verwisseld en matrozen naar de stookplaat gingen en waar dan stokers de reddingboten te water moesten laten en de kanonnen moesten bemannen.
Op een afschuwelijk moment, toen deze verwisselingen plaats vonden bij een nachtelijke oefening om te schieten, enige stokers het 4 inch kanon bemanden en een licht kogel moesten afschieten.
Bij het gereedmaken van het kanon kwam op het kritieke moment de lichtkogel klem te zitten.
Lichtkogel zijn moeilijk, hadden een ring van touw aan de onderkant van de kogel ter bescherming en in het donker hadden de stokers de kogel in de monding geplaatst, zonder acht te slaan op de touw ring.
De kanonnier duwde en trok met de laadstok om te proberen de kogel los te wrikken.
Oh schat, Oh schat, .....klaagde hij met een officiers achtige taal..... Mijn goedheid, wat een verschrikkelijk ding, dat het nu juist ons moet overkomen, op dit moment.
Wat zal de Commodore er wel van zeggen !
De Austin oefende met twee andere trawlers op hetzelfde moment en het meest succesvolle was dan, dat niemand de ander zou raken.
Zij waren gelukkiger als sommige andere trawlers.
Zoals de trawler Quadrille, die vaardigheid moest krijgen bij het afvuren van de diepte bommen werpers, terwijl zij op een boei gemeerd lag met een ander trawler langszij
De diepte bommen werden op diepte ingesteld en de ontploffing die er op volgde , veroorzaakte schade aan de beide trawlers, en werd de ontploffing ook gevoeld in de kerk aan de wal, waar de Commodore bezig was om les te geven.
Zijn commentaar is niet vastgelegd.
Merk Aap had een uitstekende en nooit verslappende herinnering aan gezichten.
Hij kon plotseling schreeuwen naar een nieuwe leerling... Jij bent hier eerder geweest hè.
Zelden had hij het fout.
Een andere karakter trek was de juiste waarde bepaling tussen lunch en diner.
Vaak werden er twee of drie officieren van schepen die voor deze omscholing in de haven lagen, uitgenodigd om te komen eten aan boord van de Western Isles.
Als de dienst boot hen aan boord bracht, stond de hoofd steward van Merk Aap te wachten naast de officier van de wacht en de bootsman's maat.
Als het een diner was, kregen de gasten drank geserveerd en interessante verhalen tot de vroege uren in de morgen.
Maar als het een lunch was..... werd alleen maar water geserveerd.
Het was .. eten op en wegwezen .... en de laatste woorden van Merk Aap zou nog lang in hun oren klinken..... Nou, je zult wel bang zijn om terug te gaan naar jullie werkzaamheden.!
Gelukkig wist de wijn steward altijd wie er waren uitgenodigd voor de lunch en deze gasten, als zij naar hun kamer gingen om zich wat op te frissen, vonden altijd een paar drankjes, die hun kracht zou geven, voor zij de Commodore onder ogen kwamen.
Een van de Commodore's favoriete streken was om zich per motorboot naar een schip te haasten, haastig tegen de ladder opklom naar het dek waar iedereen verzameld stond en vervolgens zijn met goud omrande pet op het dek smeet en brulde..... Dit is een bom.... wat doe je er mee ?
Deze kunstgreep faalde nooit om op dat moment paniek te zaaien.
Tot op een dag, toen het geintje weer op een trawler wilde uit proberen.
Hij smeet zijn pet weer neer voor het front van de verbaasde opgestelde matrozen en brulde weer zijn uitdaging.
Een dienstplichtige stapte naar voren en smeet de pet overboord.
De verbaasde Commodore staarde ongeloofwaardig naar zijn pet die op het water weg dreef.
Maar hij voelde zich niet verslagen. Prima werk man,.... zei hij goedkeurend. Geweldig. !
Hij wees toen naar zijn pet en schreeuwde.... Vlug, daar ligt een drenkeling die niet kan zwemmen, red hem !
wordt vervolgd
Gelogd
vreemdeling
Schipper
Berichten: 1860
Re: Herinneringën deel 2
«
Antwoord #837 Gepost op:
07-07-2014, 09:02:57 »
De Schrik van Tobermory no.2
Tussen de weinige gewaardeerde enkelingen. die uiteindelijk de Commodore een loer kon draaien, was er de hoofd officier van een kleine duikboot, die ook in Tobermory oefende.
Na een vocale aframmeling te hebben gehad van de Commodore, bracht hij zijn kleine schip langszij de Western Isles en hing een namaak bom op , met een onbeleefde boodschap er op geplakt, precies onder de patrijs poort van Merk Aap
Er wordt verteld dat, toen de bom werd ontdekt, de stem van de Commodore, die hij tegen de ongelukkige officier van de wacht opzette, de schapen op de heuvels vier mijl verder, op hol deed slaan.
Maar het was de trawler Rumba die misschien wel de meest bevredigende overwinning van allemaal behaalde.
Haar eerste officier was Onder Luitenant Jim Fowler, een Marine Vrijwilliger Reserve man.
Zij waren door Aap Stephenson aangeklaagd, dat hij ´s-nachts bij haar aan boord was geweest en geen wacht bij de gangway had gezien, nog iemand anders, die de wacht hield.
Persoonlijk was hij er nogal boos over, en ook de bootsman en anderen en zij waren er van overtuigd, dat het niet was gebeurd.
En zo op een avond toen onze kapitein was uitgenodigd voor het diner bij de Commodore, vier bemanningsleden de boot mee namen en voeren er mee tot op een kabel lengte van de Western Isles.
Zij lieten een man in de boot en gingen aan boord van het depot schip, zonder te worden gezien.
Twee van ons gingen naar het stuurhuis en lieten de ander achter als uitkijk op de kop van het schip, gereed om vlug weg te kunnen komen.
Het was pikdonker in het stuurhuis en we waren net bezig om het magnetisch kompas uit het kompas huis te halen, toen wij beweging zagen in de hoek van het stuurhuis.
Het was een gewapende wachtsman.
Hij vroeg.... Kan ik u helpen ? En wij antwoordde:..... Ja, alstublieft, kan je ons helpen met het kompas er uit halen. ?.... Wij houden wel even je geweer vast .
Goed gelovig gaf hij ons zijn geweer en daarna gingen we aan de gang..
We namen het kompas mee en met de wacht op sleeptouw, gingen we naar hut van de officier van de wacht.
Niemand hield ons onderweg tegen of vroeg iets aan ons.
Wij kwamen de hut binnen en kregen van de officier van de wacht een formulier om te tekenen.... wij hadden het geweer.... en wij vertelden dat wij aan boord van het schip waren geklommen op die en die tijd en dat we het kompas hadden meegenomen.
En toen verdwenen wij haastig.
De volgende morgen kregen we een sein, wat luidde.... wilt u alstublieft ons kompas terug brengen.
En dat was het.
We hadden daarna geen enkele moeilijkheden meer .
Toen ik de volgende keer naar Tobermory moest voor een herhaling oefening, had ik het commando over een trawler.
Ik ging er niet graag naar toe.
Maar ik had zelfs een heel gemakkelijke periode, daar ik werd “gedood “ in de eerste twee minuten van de hoofd oefening en het werd aan de anderen overgelaten, om met de oefening verder te gaan.
Ver weg van de namaak oorlog in Tobermory, werd de oorlog genadeloos voortgezet door de Harry Tate's Marine en meer dan dertig schepen gingen verloren in de eerste drie maanden van 1941 en de verliezen stapelden zich op in elke volgende maand.
Gedurende de maand Januari, waren bijna alle verliezen veroorzaakt door mijnen.
Veel andere trawlers raakten beschadigd, een sommige, zoals de voormalige Hull trawler Bernard Shaw, had zij de nipste ontsnapping van allemaal.
Haar net gepromoveerde commandant was schipper William Thorpe.
Op een nacht, toen wij aan het mijnen vegen waren, was het bijna ons einde.
Het regende hard en er stond een pittige bries en daarom zei ik de kanon bemanning om onder de buiskap te gaan schuilen, toen wij Barrow boei no. 4 naderden.
Ik hoorde een vliegtuig over ons heen komen en ik probeerde met de verrekijker hem te ontdekken en zag dat er door het vliegtuig een parachute mijn werd afgeworpen
Ik ving er een blik van op net onder de SB zaling en gaf een gil aan de roerganger van hard BB. En de parachute gleed langs het voordek het water in.,
Als wij drie voet meer naar recht hadden gezeten, was het met ons gebeurd geweest,
Een ander mijnenveger, de oude Stella Rigel, had de hele dag langs de kust van Essex mijnen geveegd, zonder een enkele mijn op te vissen.
Zij bleef in de maanloze nacht door gaan met vegen .
Schipper T.Spall, een Marine Reserve man, hield een waakzame oog op de boeien die hij passeerde, omdat hij wist, dat een motor torpedo boot, zich achter de schaduw van de boei kon verschuilen.
Hij bleef door gaan met vegen tot het eind van de middel wacht en zei tegen de vermoeide mannen , om de dienst af te fluiten en een paar uur rust te nemen
Hij verliet de brug voor de eerste keer sinds de Stella Rigel naar zee was vertrokken, maar hij ging niet naar beneden naar zijn hut,
Hij bleef aan dek in de buurt van de reeds geladen Oerlikon, die op het achterschip stond gemonteerd.
Plotseling hoorde hij het geluid van een vliegtuig en hij rende naar het kanon en toen het zoekende vliegtuig laag over vloog, vuurde hij.
Hij had geen orders gegeven van ...Beman de Oerlikon, ... wat de de bemanning uit de kooi zou hebben gejaagd.
Om het zo te doen, verklaarde hij naderhand, had ik naar de brug moeten rennen en de bel moeten luiden, en tegen de tijd dat de mannen op hun posten waren, zou de Heinkel als weer bijna thuis in Duitsland zijn geweest.
Hij richtte de Oerlikon in de lucht en gaf een snelle salvo.
De Heinkel verloor hoogte en een ogenblik later ontplofte het vliegtuig in zee, een halve mijl voor het schip.
De actie had maar enkele seconden geduurd, maar nu was de bemanning geheel in beweging.
Schipper Spall rende naar voren en schreeuwde in de ingang van het voorin....Kom naar boven .... en kijk eens hier jongens. !
De mannen tuimelden aan dek om te kijken naar de brandende Heinkel in het water.
En zo kreeg schipper Spall zijn DSC onderscheiding.
De trawler Syringa aan het werk in het Kanaal, onder commando van Schipper W. Ritchie ,een Marine Reserve man, was aan het mijnen vegen, in samenwerking met een andere trawler, toen zij een Junker 87zagen vliegen op een hoogte 300 voet.
Het zusterschip van de Syringa vuurde op het vliegtuig en dat werd beantwoord met een salvo van machinegeweer vuur vanuit het vliegtuig , Zij opende het vuur met haar 12 ponder en het Lewis kanon, toen het vliegtuig haar koers kruiste en wiep een salvo bommen aan weerszijde van het schip.
Toen was het de beurt voor de Syringa.
Het vliegtuig besproeide de brug en het dek met machinegeweer vuur en gooide nog 2 salvo's bommen.
Het vliegtuig keerde hierna terug om de ander trawler weer aan te vallen, waar bij de schipper werd verwond en waarna het vliegtuig weer terug keerde naar de Syringa.
Matroos-kanonnier Colyer, achter het Lewis kanon van de Syringa, werd gedood door een salvo van de Duitse staart schutter toen het vliegtuig over vloog en een bom af wierp wat de machinekamer opbouw doorboorde..
De bom viel op het platform aan de voorzijde van de machine, maar explodeerde niet.
De Junker cirkelde rond en kwam weer terug voor een derde aanval op de Syringa, maar het bleek dat hij hoogte verloor en stortte neer, binnen het bereik van de trawler's 12 ponds kanon.
Twee goed geplaatste salvo's deden het vliegtuig in zee storten op een mijl afstand. Van het schip
Schipper Ritchie, een dappere Schot, ging naar beneden, de machine kamer in , waar, ondanks de onontplofte bom, stoker-onderofficier G.Wood, op zijn post was gebleven.
Met de hulp van hoofd machinist E.Clinton, droeg de schipper de zware bom naar het dek en gooide haar spottend over boord.
En dat was dan hoe schipper Ritchie zijn DSC onderscheiding verdiende.
Schipper Ritchie was inderdaad een schipper waar je rekening mee moest houden.
Het was aan boord van de Syringa, dat een van de bemanning zich herinnert dat we een rotzak van een Welsh man aan boord hadden, die altijd werkzaamheden wilde ontvluchten, gewoonlijk door te beweren dat hij ziek was.
Op een morgen vroeg hij of hij de schipper kon spreken en omdat we op zee waren, gebeurde dat op de brug.
Ik stond aan het stuurwiel en beneden door de spreekbuis kon ik het einde van de conversatie met de schipper horen.... En nu ga jij terug naar je hangmat, jongeman en ga slapen.... Voor een man duurt het ongeveer 15 minuten om dood te gaan......als jij over 15 minuten niet dood bent, ...kom jij meteen terug op dit verdomde dek. !
Zoals altijd, zat de drifter Fisher Boy weer overal bij.,
Vroeg in Januari 1941 kon je haar vinden bij reddingswerk bij Clacton toen het motorschip Strathearn ten onder ging door een mijn.
Zestien man werden levend opgepikt van de Strathearn bemanning van 42 personen .
Later in dezelfde maand was de Fisher Boy op patrouille bij Brightlingsea toen zij in mistig weer ankerde.
Iedereen dook de kooi in met de uitzondering van seiner Bev Smith en matroos Cyril
Paine.
Wordt vervolgd
Gelogd
vreemdeling
Schipper
Berichten: 1860
Re: Herinneringën deel 2
«
Antwoord #838 Gepost op:
09-07-2014, 08:11:36 »
De Schrik van Tobermory no.3
Seiner Smith verteld:
We hoorden nogal wat lawaai verder weg op zee en gingen er van uit dat een passerend konvooi werd aangevallen.
Ik liet Cyril in het stuurhuis en ging naar de kombuis om een pot thee te maken, toen ik een hels lawaai hoorde en een Junker 88 laag over kwam vliegen en ons met mitrailleur vuur bestookte en enkele bommen af wierp.
Wij beiden rende naar het Lewis kanon en slaagden er in haar aan de gang te krijgen, maar na een half dozijn schoten, liepen de beide kanonnen vast.
Ik kreeg mijn kanon vrij en richtte weer op het vliegtuig, precies op tijd om te zien wat ik dacht dat het een mijn was die per parachute werd gedropt.
Ik richtte op de mijn, hopende dat hij in de lucht zou exploderen, maar tot mijn grote verwondering zag ik benen uit elkaar gaan... het was een van de bemanningsleden van het vliegtuig, de piloot.
Het vliegtuig stortte neer en de piloot landde in het water.
Maar nu, met al het geluid nog doorgaand, was onze bemanning met haast uit hun kooi gekomen en nu kwamen wij er achter dat we maar net stoom genoeg hadden, om het anker te hieuwen.
De wind kreeg de parachute van de Duitse piloot te pakken en hij werd over het water mee getrokken op weg over de Noordzee..... en het koste ons wel wat tijd om hem te blijven volgen.
Uiteindelijk raakte een precies geworpen loodlijn, verward in het touwwerk van de parachute en we haalden de geschrokken vliegenier aan boord.
Wij droogde hem af e gaven hem een matrozen uniform aan en riepen de wal per radio op, of iemand hem kon komen ophalen van het schip.
Een sloep van de Reddingsdienst van de Luchtmacht kwam naar buiten en we zette onze krijgsgevangene bij haar aan boord ,gekleed” als een Engelse matroos.
Hij was nu over zijn angst heen en was nu een beetje dwars.
Maar niet half zo dwars als wij ons voelden, nadat wij het vliegtuig naar beneden hadden gehaald met slechts een paar schoten uit het Lewis kanon.
We vierden het feit, heel illegaal.
Met voldoende rum, die wij in flessen bewaarden en wij waren erg verheugd om later te horen dat over de BBC werd aangekondigd dat de drifter Fisher Boy een vijandelijk vliegtuig had neergeschoten.
Een ander soort succes kwam van de trawler Tourmaline tijdens konvooi escort.
Verschillend met andere trawler, had dit schip nog nooit gevist en was zij tijdens de bouw al gekocht door de Admiraliteit..
Eind Januari had zij nog een dok beurt gehad en leek nu meer op een yacht,
Haar dek was zo wit als sneeuw en al het koper was gepoetst, ofschoon dit in oorlog tijd een vergissing was.
Op een nacht was de Tourmaline op haar escort post aan BB zijde van het konvooi, toen de officier van de wacht, de adelborst Allan Waller, werd gewaarschuwd door lichtkogel, die werden afgevuurd door destroyers, vooraan in het konvooi.
Toen hij richting de wal keek, zag hij sprookjesachtig schuim gespetter en zette de alarm bel in werking.
De bemanning nam meteen de gevecht posten in en plotseling zag hij een motor torpedo boot met hoge snelheid naderen op BB boeg en de Tourmaline vuurde met alles wat zij had.... haar bakboord Lewis kanon...het dubbel loops kanon op het achterschip...de Savage kanonnen op het kuil dek en haar 12 ponder.
Toen de motor torpedo boot voor langs haar boeg schoot op slecht 200 yards van haar vandaan, bleven de kanonnen van de Tourmaline vuren vanaf haar SB zijde en beantwoordde het machinegeweer vuur van de torpedo boot.
De schoorsteen werd geraakt en een van de Lewis kanonnen, maar deze bleef wel door vuren.
Het machinegeweer vuur van de torpedoboot daalde neer op het schip en schoot gaten in de opbouw van het voorin, net onder het platform van de 12 ponder en miste maar nauwelijks de kanon's bemanning. Gedurende deze aanval, kwam er een tweede torpedoboot van achteren en begon ook te vuren.
De kanonniers van het punt - vijf kanon op het achterdek, schoten hun kanon leeg op
de torpedo boot en boekte meteen al succes.
De beschadigde boot scheerde weg en de belangstelling ging nu weer uit naar de eerste boot, die na een afdwaler van de trawler's 12 ponder, hard naar bakboord was afgezwaaid.
Nu echter was haar motor gestopt, was nog drijvende en bedekt met schuim.
De Tourmaline bleef vuren, maar stopte de beschieting toen een van de konvooi schepen in haar schootsveld kwam.
De tank van de torpedo boot explodeerde en er waren geen overlevenden.
Een over duidelijk afstraffing.
Maar het was maar een erg krappe ontsnapping geweest.
In het officiële rapport van de Tourmaline rapporteerde de kapitein... Het succes van dit soort acties was alleen maar mogelijk omdat op het schip, alle actie posten bezet waren, als gevolg van de afgeschoten lichtkogels van de destroyers.
Als deze waarschuwing niet was gezien, was de enigste bewapening wat gereed was om de vijand in deze korte tijd te bestrijden, het punt-vijf kanon.
De aanvulling op het rapport van de Tourmaline was.....Het is onmogelijk om een permanente bezetting te houden op de alle kanonnen, in de slechte weer condities die in deze tijd van het jaar heersen.
Jammer dat de smaak van de overwinning maar van korte duur was voor de Tourmaline.
Maar net dertien dagen er na, op 5 Februari, was zij weer aan het escorteren, bijna aan het einde van het konvooi, toen zij Dover passeerde.
Dit konvooi was blij met de welkome luchtsteun van vier Spitfires.
Toen een Junker 87 B een van de vrachtschepen aan viel, vuurde de Tourmaline op het vliegtuig en schoot een stuk van haar staart af en het vliegtuig hinkte weg, zwaar achterna gezeten door de vier Spitfires, die haar uiteindelijk neer schoten.
Onwetend echter, door al het jagen op de Duitser, lieten de Spitfires de Tourmaline aan haar lot over.
Recht boven haar was nu een grote rook wolk.
Toen de Spitfires waren verdwenen, dook uit een gat in de bewolking, een tweede Junker 8711, recht op de onfortuinlijke trawler.
Na een half dozijn rondes, liep het punt-vijf kanon van de Tourmaline vast en was zij hulpeloos.
Drie bommen werden afgeworpen, waarvan een door de ombouw van de machine kamer drong en explodeerde, waarbij iedereen aan dek tegen de vlakte werd gesmakt en het punt-vijf kanon van haar voetstuk werd geblazen.
Twee van haar kanonniers werden verwond en een werd overboord geblazen van het zinkende schip.
Drie mannen werden gedood en andere raakten verbrand of hadden brandwonden opgelopen.
Een reddingboot kon weg komen en de rest van de bemanning sprong over boord.
Wraak voor de Tourmaline kwam, toen het laag vliegende vliegtuig door vloog over de rest van het konvooi.
De Hull trawler Lady Philomena mengde zich in de strijd en bootsman Alec Dodd zijn vier inch kanon liet spreken en de Duitser in zee neerstortte..
Het was een actie, waarvoor hij de DSM onderscheiding kreeg en zijn gespierde commandant schipper Albert Robinson, een Marine Reserve man, de DSC onderscheiding ontving.
De Philomena pikten verschillende overlevenden van de Tourmaline op, de andere werden gered door een sleepboot, die dienst deed als ballon schip.
Een stoker was zo zwaar verbrand dat hij nog maar een paar dagen leefde.
Tussen de zwaar gewonden was ook adelborst Waller.
Toen het schip werd geraakt, werd hij vanaf het punt -vijf kanon tegen het dek gesmeten en was bewusteloos.
Toen hij weer bij kwam was hij duizelig en verward en waggelde naar voren door stoom en rook, zijn gezicht en handen verbrandend door de ontsnappende stoom en viel midscheeps weer bewusteloos.
Toen hij weer bij kwam uit zijn bewusteloosheid , bevond hij zich in een reddingboot met vijf leden van de bemanning en had veel pijn van de wonden in zijn gezicht en zijn verbranden polsen.
Hij werd in Sheerness aan wal gebracht en werd daar vandaan naar het Chastharn Marine hospitaal overgebracht en verbleef daar enkele weken en werd behandeld door een chirurg die een lid was geweest van Sir Alexander Macindoe's team voor plastische chirurgie behandelingen in Grinsted.
Waller werd alleen maar morfine toe gediend en zijn gezicht voelde aan, alsof het geschrobd was met schuurpapier... het was een pijnlijke behandeling.
Maar de behandeling was erg succesvol en weken later was hij weer terug te vinden in Harwich om een ander schip te zoeken..
Echter zijn reputatie als overlevende van twee gezonken trawlers, de Amethyst en nu de Tourmaline, binnen twee maanden, en bovendien dat hij aan boord van de korvet Primula was, toen zij werd geramd en zwaar werd beschadigd, was hem al vooruit gesneld en hij werd bijna van twee trawlers afgesmeten die hij bezocht en werd voortaan “de Jonas van de Parkeston kade “ genoemd.
Waller's onfortuinlijke reputatie was niet uniek.
Met nu meer dan zestig Patrouille Dienst trawlers naar de bodem gejaagd, waren er veel overlevenden net als hij.
En de scheeps verliezen gingen maar voort.
Om huizen hoog te stijgen in de vroege maanden van 1941 en bereikte een piek in Mei van dat jaar, waar een schip verloren ging in iedere twee dagen en dit hoofdzakelijk werd veroorzaakt door vijandige bombardementen.
Er waren te midden van deze verliezen ook wat verblijdende ontsnappingen en geen was er zo vreemd als dat van de kleine en erg oude Lowestoft drifter, Young Man.
Haar machinist was Walter Walker.
wordt vervolgd
Gelogd
Evert
Gast
Re: Herinneringën deel 2
«
Antwoord #839 Gepost op:
09-07-2014, 08:35:51 »
HMS Tourmaline
HMS_Tourmaline.jpg
(26.64 KB, 640x363 - bekeken 787 keer.)
Gelogd
Pagina's:
1
...
52
53
54
55
[
56
]
57
58
59
60
...
108
« vorige
volgende »
Ga naar:
Selecteer een bestemming:
-----------------------------
Vraag en antwoord
-----------------------------
=> Vraag en antwoord
=> Stamboom en Genealogie
-----------------------------
Hoofdindex
-----------------------------
=> Praatgroep Scheveningen
=> Wie wat waar
=> Gekeuvel
=> Alles over Duindorp
=> Drilling Offshore Site
-----------------------------
Historie
-----------------------------
=> Historische gebeurtenissen
=> Gebouwen en monumenten
=> Klederdracht
=> Portret Foto's
=> Straten en hofjes
=> Mooie momenten
=> Overige
1 uur
1 dag
1 week
1 maand
blijvend
Login met gebruikersnaam, wachtwoord en sessielengte
Powered by SMF 1.1.4
|
SMF © 2006, Simple Machines LLC
Laden...