De voormalige Duitse kruiser SMS 'Hildebrand' van de Siegfried-Klasse was een zogeheten Küstenpanzerschiffe. Het was op 19 december 1919 achter de sleepboot Poolster op weg naar Rotterdam om als krijgsbuit in opdracht van de overwinnaars gesloopt te worden.
Zo vlak na de eerste wereldoorlog was het een welkome opdracht voor het neutrale Nederland. Maar het schip sloeg los van de sleepboot en strandde op het "stille" strand van Scheveningen.
klasse: Siegfried-Klasse
Zusterschepen: S.M.S. Siegfried, S.M.S. Hildebrand, S.M.S. Beowulf, S.M.S. Hagen, S.M.S. Frithjof, S.M.S. Heimdall,
Bemanning: ca. 300 Mann
Waterverplaatsing: 4100 Tonnen
Lengte 79 meters
Breedte 14.9 meters
Diepgang: 5.7 meters
Maximale snelheid: 15 kn ( 26km )
Bewapening: 3 Kanonnen Kaliber 24 cm, 10 Snelvuurgeschut Kaliber 8,8 cm en Torpedo’s
Het was de heer Esbois uit Scheveningen die de opdracht kreeg om het schip in stukken te snijden. De Hildebrand was zoals veel schepen in die tijd, opgebouwd als een drijvende bunker. Op sommige plaatsen was de bepantsering wel 24 cm dik. Met de door George Esbois gebruikte acetyleenbranders werd de Kruiser in stukken gesneden tot verplaatsbare stukken.
Met zogenaamde shell-trolleys werden de stukken vervoerd naar het Verversingskanaal.
In het wrak werd aan de landzijde een groot gat in de romp gemaakt en zo delen van de dekken en opbouw verwijderd. Tussen de dekken werd een grote hoeveelheid van kurk gevonden die gebruikt werd om het schip te isoleren. De stoomketels werden in de tussentijd ook verwijderd.
In de romp was een pomp geplaatst om het zeewater weg te pompen als het vloed was geweest. Zo’n dertig man was dagelijks bezig met het slopen. Totaal werd er 1.000 ton ijzer afgevoerd naar het kanaal. Van daaruit werd via de Laakhaven naar Utrecht vervoerd. Een deel van het ijzer werd verkocht aan Tsjecho-Slowakije.
http://scheveningentoenennu.blogspot.nl/2011/06/de-stranding-van-de-kruiser-hildebrand.htmlK