Welkom,
Gast
. Alsjeblieft
inloggen
of
registreren
.
24-11-2024, 09:13:24
Nieuws:
http://jolybit.nl
De nieuwe trading hulp website is in de maak. U kunt hem wel al gebruiken.
Vraag en antwoord & Wie wat waar
Vraag en antwoord
Vraag en antwoord
Herinneringen deel 3
« vorige
volgende »
Pagina's:
1
...
54
55
56
57
[
58
]
59
60
61
62
...
105
Auteur
Topic: Herinneringen deel 3 (gelezen 818474 keer)
J.H.
Schipper
Berichten: 2212
Re: Herinneringen deel 3
«
Antwoord #855 Gepost op:
09-11-2018, 10:17:38 »
Stoer Point
Stoer_Point.jpg
(192.04 KB, 1023x631 - bekeken 722 keer.)
Gelogd
J.H.
Schipper
Berichten: 2212
Re: Herinneringen deel 3
«
Antwoord #856 Gepost op:
09-11-2018, 10:24:55 »
Ul-194-Sapphire
UL-194-Sapphire-.jpg
(56.44 KB, 585x392 - bekeken 706 keer.)
Gelogd
J.H.
Schipper
Berichten: 2212
Re: Herinneringen deel 3
«
Antwoord #857 Gepost op:
09-11-2018, 10:29:57 »
INS-207-Arcadia-
INS-207-Arcadia.jpg
(92.49 KB, 801x534 - bekeken 697 keer.)
Gelogd
J.H.
Schipper
Berichten: 2212
Re: Herinneringen deel 3
«
Antwoord #858 Gepost op:
09-11-2018, 10:36:16 »
INS-276-Caronia-
INS-276-Caronia_.jpg
(52.97 KB, 801x534 - bekeken 693 keer.)
Gelogd
J.H.
Schipper
Berichten: 2212
Re: Herinneringen deel 3
«
Antwoord #859 Gepost op:
09-11-2018, 10:47:26 »
A-238-Loch Awe-
A-238-Loch_Awe-.jpg
(63.03 KB, 801x534 - bekeken 644 keer.)
Gelogd
J.H.
Schipper
Berichten: 2212
Re: Herinneringen deel 3
«
Antwoord #860 Gepost op:
09-11-2018, 21:59:04 »
Aanloop Lochinver
Aanloop_Lochinver.jpg
(168.29 KB, 1023x602 - bekeken 661 keer.)
Gelogd
vreemdeling
Schipper
Berichten: 1860
Re: Herinneringen deel 3
«
Antwoord #861 Gepost op:
12-11-2018, 08:02:53 »
Toewijding. Augustus 1960.
Een van mijn kameraden bij de lokale visserij was Jimmy Ralph.
Zijn vader Jim Ralph was schipper en de eigenaar van het schip “Devotion “met visserij no. INS 223., een prachtig seine net vissers van 68 voet lang , die visten rond geheel Schotland viste..
Aan boord waren daar 5 bemanningsleden en ook Jimmy en zijn vader. De leeftijden varieerden van 15 tot 49 jaar. Jimmy was toen 19 jaar oud..
De gemiddelde leeftijd van de bemanning van de Devotion was net over de 28 jaar.
Tijdens een stormachtige nacht van 26 Augustus 1960 waren wij thuis stomend door de Pentland Firth, om onze wekelijkse vangst aan wal te brengen in onze thuishaven. De NO lijke wind nam tijdens de nacht in kracht toe en wij waren blij dat wij de haven bereikt hadden en veilig waren..
Voor onze aankomst in de haven, was mijn vader aan het praten op de radio telefonie met de schipper van het schip “Rival “, William “Pilot “ Stewart, die wat berichten door gaf in een wat cryptische vorm.. Mijn vader vroeg hem, of er iets mis was ?.. Het antwoord was...... Het is niet goed.... helemaal niet goed .
Wij liepen op tijd de haven binnen voor de late Vrijdag vis verkoop en ik ging aan de gang het ruim te openen en de laadboom op te tuigen..
Mijn collega, Joe Slater Campbell zei tegen mij, dat ik even stil moest zijn.
In de veilinghal stonden de viskopers ernstig gegroepeerd rond de eerste partij viskisten., met gebogen hoofden. “Pilot “Steward bood aan om een gebed te houden..Het gebed was voor de bemanning van het m.s” Devotion” . Het schip was rond middernacht, de nacht er voor, op de rotsen gelopen onder de kliffen bij Troup Head, in de buurt van Frasenburgh. Het was toen nog niet bekend of er iemand van de bemanning de stranding had overleefd..
Tijdens het week-einde werden wij ingelicht, dat , behalve drie personen, de overige vier personen de ramp niet hadden overleefd.. Deze vier personen waren gehuwd, waaronder ook de schipper en de stuurman waren..
De drie jonge dek knechten hadden de ramp overleefd, waaronder ook mijn vriend Jimmy.
Eén van de bemanningsleden was pas drie weken getrouwd en een ander zijn vrouw verwachtte hun eerste kind.
Jimmy vertelde mij later, dat het schip naar Frasenburgh koers had gezet, door het slechte weer, na gevist te hebben op 70 mijl uit de kust.
De kracht van de wind , uit een richting tegengesteld aan de koers van het schip, had het schip vlugger naar de kust gebracht, dan werd gedacht.. Ook, ten gevolge van de regen, de storm en de duisternis, was het licht van de vuurtoren van Buchan Ness niet goed zichtbaar, vanuit zee...
Wat ook de oorzaak van de stranding mocht zijn, was de “Devotion “ met een schok op de kust gelopen, waar door Jimmy uit zijn kooi werd gesmeten.. De volgende minuutstond hij aan dek, toen een golf over het schip spoelde en hij zichzelf in de zee terug vond..
Op een af andere manier werd hij door de brekende golven op de rotsen gesmeten en van daar,zochten hij en twee andere bemanningsleden, kruipend en onthutst, naar een schuilplaats onder kliffen. De twee andere overlevenden waren George Edwards , 22 jaar oud en de 15 jarige John Souter..
Toen zij de voet van de klif bereikten, net buiten het bereik van de dreunende branding, hoorden zij hoe hun schip in stukken werd geslagen. Doorweekt, rillend en uitgeput en niet wetend waar zij waren, kropen de drie jongen bij elkaar voor warmte. Toen het daglicht werd, realiseerden zij zich, dat de rest van de bemanning moest zijn omgekomen.. Langzaam verplaatsten zij zich enkele mijlen langs de kliffen, tot zij een plaats vonden ,waar zij omhoog tegen de klif op konden klimmen en naar het dorp Pennan konden lopen , waar hen zorg een aandacht werd gegeven..
Twee lichamen werden op de eerste dag langs de kust geborgen en de andere twee lichamen werden zes weken later .uit de zee geborgen, waar van de laatste, die geborgen werd, Jimmy's vader was, de schipper Ralph..
De overleden bemanning leden werden later begraven op onze plaatselijke begraafplaats.
Het merendeel van de stad bezocht de begrafenis om het leed te delen van de betrokken families..
Ik zal nooit Jimmy vergeten, wit als een laken, begeleid door twee andere knapen., onstabiel lopend naar het graf, het draag koord vasthoudend van zijn vaders lijk kist..
Ik denk, dat alleen een mijnwerkers gemeenschap, na een ernstig ongeval, weet wat het is, zoals het is voor een vissers gemeenschap, bij het verlies van een schip en haar bemanning.
Zeven jaar later was Jimmy bij een oom aan boord, vissende op de “Ocean Gleaner “, in de North Minch aan de westkust van Schotland.
Hij en een andere dekknecht stonden vis te strippen uit kisten , aan de zijkant van het dek., toen een golf onverwachts aan dek spoelde. Jimmy stond met zijn gezicht naar zijn neef toe, David Ralph, nog maar net 19 jaar oud.
Een minuut stond hij voor hem vis te strippen en de volgende minuut was hij over de verschansing verdwenen.
Zijn lichaam is nooit terug gevonden..
Dit tweede tragische verlies kwam hard aan bij de jonge Jimmy. Hij was nog niet zolang getrouw en hij vroeg zich af, welke verdere trauma's zijn verdere leven zouden gaan beïnvloeden.
Hij stopte met varen en melde zich vrijwillig aan voor dienstverlening bij de Koninklijke Nationale Missie voor de Verre Visserij Visserlui.
De Missie stuurde hem naar Hull voor een Eerste Hulp training Binnen dienst.
Einde.
Gelogd
vreemdeling
Schipper
Berichten: 1860
Re: Herinneringen deel 3
«
Antwoord #862 Gepost op:
12-11-2018, 08:04:12 »
Ongeïnteresseerdheid van de Regering, voor de opofferingen van de visserlui.
Ik wil met een vluchtige blik de opofferingen van de visserlui aantonen, betreffende de harteloze houding van de opeenvolgende regeringen, tegenover de generaties van visserlui en hun gezinnen, die hun spaargeld, een leven van hard werken en zo veel mensen levens, hebben geïnvesteerd, om een visserij industrie op te bouwen, tot wat zij werd rond 1970, toen zij op haar hoogtepunt was, wat efficiëntie en productie betrof.
Kort na deze datum, nam de Engelse Regering deel aan de EEC en bij deze actie werd het meeste van onze visgronden op het altaar van de Gemeenschappelijke Markt opgeofferd..
Vrijgegeven Regering documenten sedert toen, tonen aan dat zij dachten dat de visserij industrie ( en in het bijzonder de Schotse vissersvloot ) overtollig was.
Het Verenigd Koninkrijk ( voornamelijk Schotland ) had het grootste en het meest productieve visserij gebied in Europa , gemeten bij de internationale 200 mijl EEZ , ( Exclusieve Economische Zone ) als voedsel voorraden erkenning, door de Verenigde Naties..
Alle andere EEC/ EU staten werden toegestaan tot een gelijkwaardige toegang tot de gezamenlijke bronnen .( vis.........en natuurlijk geen olie ).
De Regering introduceerde toen vergunningen en quota's, wat verhandelbare zaken werden . Dat betekende eigenlijk, dat wat de broederschap van vissers sedert eeuwen had opgewerkt, dat de toegang tot de visgronden en de vrijheid om vis te vangen, handelswaar werden om te worden gekocht en verkocht door speculanten en iedereen met financiële hulpmiddelen, niet alleen in het Verenigd Koninkrijk, maar door geheel de ontwikkelende Europese Gemeenschap..
Deze vernieuwingen veroorzaakte het noodlot van onze vissersschepen en de ondergang van onze kleinere kust gemeenschappen.
Enkele jaren geleden was ik in het Noble House in Westminster, bij de ondervraging van een der Britse oudere civiele onderdanen, met verantwoordelijkheid voor de visserij..
Hij ontving mij vriendelijk en terwijl wij met elkaar in gesprek waren, verwonderde ik mij over wat hij wist van het leven van de visserman, wiens toekomst in zijn handen lag.
Zijn zachte handen hadden nog nooit een aantal kisten kleine wijting gestript of op zee een net
gerepareerd, een tros gesplitst bij vriezend weer of honderden gamba's van de kop had ontdaan..
Zijn heldere ogen toonden geen bloed doorlopen ogen van een zeeman, die een lange nacht naar de lichten van andere schepen had getuurd of de horizon had afgezocht naar een vuurtoren..
Ik ga er maar van uit, dat hij geen familie leden op zee heeft verloren en dat hij nooit een hypotheek op zijn huis had genomen, om een schip te financieren,
Dit soort zaken ,ondergaan de meeste visserlui als een heel gewone zaak in hun leven., waren buiten zijn ervaringen..
Toen legde hij zijn zachte handen rond zijn maag en bijna sissend uitte hij zijn mening...
…....Deze visserlui denken momenteel dat het hun vis is.
Het is niet hun vis.
en wij zullen het geven …. aan wie wij willen.!
Wie maakten zich echt zorgen over de vis redmiddelen van de wereld en wie had de grootste belangstelling in hun duurzaamheid op lange termijn ?.
De bureaucraten die regering programma's bestuurden ?
De politici die hun waarde moesten afwegen tegen andere politici en korte tijd beslissingen ?
Of de mensen , die direct afhankelijk zijn van de zee opbrengst ?
Het is mijn vaststaande geloof van levenslange en directe samenhang van deze mensen thuis en in de wereld, dat de historische vissers gemeenschappen de beste en de meest betrouwbare bewakers zijn van de weelde van onze zeeën.
Zij hebben dit , door generaties van opoffering en verplichting, hard werken en investering,
bewezen.
Sommigen zullen argumenteren dat hebzucht en overmaat door vissers, de belangrijkste factor was van de uitdunning van de vis voorraden.. Van dichtbij de kwesties van overbevissing te hebben bestudeerd , in de meeste van de wereld oceanen over een tijdperk van een halve eeuw, is mijn eigen oordeel, dat achter bijna iedere gebeurtenis van meedogenloze exploitatie van onze zeeën, de grote ondernemingen er de hand in hebben en / of regerings- inmenging, wat het speelveld van de visserij in het voordeel zet van bedrijven, dan van vissers gemeenschappen.
De echte traditionele visserij gemeenschappen werden vaak uitgesloten van toezeggingen door autoriteiten, die bekwaam zijn in het kaarten schudden of met het arrangeren van de uitkomst van verondersteld overleg,
Ervaring en kennis van vissers word vaak genegeerden en hun opofferingen veronachtzaamd. Zoals een Amerikaanse administrateur zei op een visserij conferentie, toen hem gevraagd werd over het verlies van alle kennis en ervaringen van de visserlui....
.
….Dat kan vervangen worden door technologie
Gedurende de laatste 35 jaar in het algemeen , heeft een combinatie van de UK regering en het Europese beleid, naar mijn mening, een rampzalig effect gehad.
Een vergelijkbaar meedogenloos beleid werd ook gevolgd, op een grotere of minder grote schaal, in landen die beter moesten weten, zoals IJsland, Canada en Nieuw Zeeland.
Het Amerikaanse visserij beleid was voorzichtiger, behalve in de periode van roekeloze expansie, wat het Stratton Commissie Rapport volgde, wat dwaze en grote productie doelen aanbeveelt.
Alle regeringen die een technologische en economische efficiëntie wilden, dachten, dat er grote bedrijvigheid zou worden toegevoegd aan de visserij, maar waren blind voor de basis waarheid.
Die waarheid, uiteengezet door Schumacher en anderen, is, dat er limieten zijn om te groeien in een eenzijdige omgeving en wij kunnen de levende natuur niet missen, hetzij in het boeren bedrijf of in de visserij, alsof het gewoon een zakelijke sector zou zijn, zoals een auto industrie of een staal productie
Dierbare gevestigde maritieme bronnen en de nog niet voortgebrachte gulheid van de zee, zijn tot een loutere handelswaar op de marktplaats geworden , waar de hoogste bedrijf opdrachtgever heen en weer blijft zwaaien over de vissers gemeenschappen en waar de carrière gerichte civiele bediende een politieke interesse heeft, wat de vakkundige kennis en de collectieve wijsheid van onze inheemse industrie negeerde.
Visserij rechten waarvan de kust bewoners dachten onvervreemdbaar te zijn, zijn nu louter onderhandeling posten op de internationale onderhandeling tafel..
Sommige lezers zullen het niet met mij eens zijn. De afbraak van de visserij gemeenschappen mag dan een prijs zijn , die zij denken waard te zijn betalende voor een meer volledige kapitalistische of monetaire staat, juist zoals sommigen geloven ( en sommigen nog steeds geloven ) dat de Highland Claerances, met al hun diepgewortelde onrecht en onbeschoftheid, een prijs waren voor wenselijk vooruitgang in Schotland.
Het is mijn mening dat de veranderingen in de visserij, die er hebben plaats gevonden , niet de
voorlopers van vooruitgang zijn , maar de brenger van losbandigheid en onnodige schade, aan een waardevolle industrie en een onbetaalbare hulpbron.
Einde.
Gelogd
J.H.
Schipper
Berichten: 2212
Re: Herinneringen deel 3
«
Antwoord #863 Gepost op:
13-11-2018, 00:19:19 »
INS-223-Devotion, eign. James Ralph & others, Hopeman.
INS-223-Devotion-.jpg
(118.6 KB, 801x534 - bekeken 649 keer.)
«
Laatste verandering: 13-11-2018, 00:37:21 door J.H.
»
Gelogd
J.H.
Schipper
Berichten: 2212
Re: Herinneringen deel 3
«
Antwoord #864 Gepost op:
13-11-2018, 00:20:25 »
INS-200-Ocean Gleaner, eign. Arthur Duthy & Co, Ltd.
INS-200-Ocean_Gleaner-.jpg
(105.33 KB, 801x534 - bekeken 628 keer.)
«
Laatste verandering: 13-11-2018, 00:46:32 door J.H.
»
Gelogd
J.H.
Schipper
Berichten: 2212
Re: Herinneringen deel 3
«
Antwoord #865 Gepost op:
13-11-2018, 00:30:24 »
INS-095-Rival III, eign. W.Stewart & Others,
INS-095-Rival_III-a.jpg
(74.58 KB, 801x534 - bekeken 672 keer.)
«
Laatste verandering: 13-11-2018, 00:34:18 door J.H.
»
Gelogd
vreemdeling
Schipper
Berichten: 1860
Re: Herinneringen deel 3
«
Antwoord #866 Gepost op:
14-11-2018, 08:52:44 »
Vijf schipbreuken. Maart 1948 de Resplendent
In de dagen voor de uitdunning van onze visgronden, wemelde de Firth of Clyde van de vis, die tijdens verschillende seizoenen in grote scholen verscheen en kuit schoot op de zeebodem.
De kabeljauw was de eerste vissoort die verscheen in de Lente, gevolgd door de wijting en heek.
De haring verscheen in de herfst, samen met de makreel..
Deze beide soorten bezorgden het levensonderhoud van de talrijke zeevogel kolonies van de west kust.
Nephrops garnalen ( Noorse kreeft of scampi ) waren het gehele jaar overvloedig aanwezig, samen met de kleinere en meer seizoensgebonden hoeveelheden krab en kreeft. In toevoeging tot de lokale vloot, kwamen er veel schepen van de oost kust naar de Clyde, om ieder jaar deel te nemen aan de kabeljauw visserij vanaf Februari tot April.. De meeste schepen werkten vanuit de haven Ayr, maar ook Cambeltown op het schiereiland Mull of Kintyre, werd ook gebruikt, evenals Girvan en wat andere kleine havens.
De Ailsa Craig “Paddy's Milestone “ domineerde de Firth en de schepen visten aan weerskanten van deze reusachtige rots formatie, met zijn grote kolonie aalscholvers.
Een van mijn vaders schepen zonk daar ten zuiden van de Craig.
Dat gebeurde in Maart 1948.
De “Resplendent “*, met visserij nummer INS 199, was een 60 voet seine net visser, die voortbewogen werd door een diesel motor en voerde een bemanning van zes personen, waarbij mijn vader ook was inbegrepen., evenals zijn broer Campbell, monteur John Crocket, Alex Cowie, Johnny Monk en een kok.
Dit schip verving mijn vaders eerdere schip, de 55 voet “Amaranth “ met visserij nummer INS 87, die overgedragen was aan de Admiraliteit voor vloot diensten in de marine basis Scapa Flow. Het schip voerde nog steeds haar grijze kleur, wat in oorlogstijd werd gebruikt, toen zij op zijn minst bij één geval, omsingeld werd door een Duitse onderzeeër ,maar werd toegestaan om veilig verder te vissen.
De “Resplendent “ viste op de Noordzee, de Moray Firth, de westkust en de Firth of Clyde, de visscholen volgend in de seizoen gebonden verplaatsingen van de vis.
Het voorgaande jaar, had zij de bemanning gered van de Aberdeen trawler “Newark Castle” , die in moeilijkheden was gekomen op de Noordzee. De bemanning werd veilig aan land gezet in Aberdeen, samen met een net, wat was gered, van het zinkende schip.
De trawler eigenaars stuurden een vrachtauto om het net op te halen, maar gaven geen woord van dank aan de “Resplendent “ voor het redden van de trawler bemanning,
Dat was nogal vreemd voor de diep-zee trawler maatschappij.
Op de morgen in kwestie, was de “Resplendent” onder weg van Campbeltown aan de west zijde van de Firth en om 4 uur in de morgen bereikte zij de visgronden, voor het daglicht werd, in het midden van een lichte sneeuwstorm.
Mijn vader lag met zijn schip te “steken “zoals wij dat noemen, de kop van het schip in de wind houdend., terwijl hij wachtte of het weer zou opklaren.
'
Een ander vissersschip naderde en mijn vader vroeg zich af, of dat schip hem soms een bericht wilde doorgeven, want niet alle schepen hadden toen een radio-telefonie installatie aan boord.
Maar die andere schipper had blijkbaar een tijdelijke black-out en zijn schip ramde recht in mijn vaders schip., waar een gat in werd gemaakt, onder het BB navigatie licht, waar door het schip binnen een paar minuten zonk..
De gehele bemanning werd gered ofschoon er een gewond was..
Mijn vader was de laatste persoon , die opgepikt werd.
Hij was in het water bewusteloos geraakt, maar had een lijn kunnen grijpen, die hem werd toegeworpen.. Aan boord van het reddende schip, konden zij niet zijn bewusteloze handen van de lijn los maken.
Het was één van de drie schipbreuken, die mijn vader overleefden.
Het nieuws van het zinken, werd die morgen uitgezonden door de BBC radio, voor dat mijn moeder was ingelicht.
Op mijn weg naar school, werd mij bij een vriend thuis, hierover nog al zenuwachtig naar geïnformeerd. Ik antwoordde met vol vertrouwen dat het een ander schip moest zijn geweest, met dezelfde naam.
Later op school benaderden andere jongens mij , om te informeren of mijn vader in veiligheid was.. Ik had er geen idee over en accepteerde toen dat het schip gezonken was. Ik vertelde hen, met stellige verzekering, dat de gehele bemanning behouden van het schip was afgekomen..
Zo zat de zaak in elkaar ofschoon mijn vader op dat moment nog steeds bewusteloos was en in het ziekenhuis van Canpbeltown lag.
Mijn moeder, die de radio rapporten niet had gehoord , werd uiteindelijk rond het middaguur van die dag, het nieuws verteld..
Toen zij eenmaal van de schrik waren bekomen, werd de bemanning van de “Resplendent “ behoorlijk van vervangende kleding voorzien, een gelden werden beschikbaar gesteld voor de bus en trein kosten naar huis, door de Schipbreukelingen Sociëteit, een liefdadigheid instelling, die mijn vader zijn gehele leven had ondersteund.
*Resplendent = sprankelend, blinkend.
Einde.
Gelogd
vreemdeling
Schipper
Berichten: 1860
Re: Herinneringen deel 3
«
Antwoord #867 Gepost op:
14-11-2018, 08:53:46 »
De Barbara Robertson en de Wyre Monitor
twee verhalen van moed en beproeving.
9 Mei 2014
Daar onze trawlerlui weer een ander onzeker jaar in het vooruitzicht hebben........ van de buiten bedrijf stelling , of van vreemde schepen vissende in onze wateren en of over de vis quota's,............ moeten wij niet het visserij erfgoed vergeten.
Fleetwood was gebouwd op vis........ en op de moed en de vastberadenheid van de visserman.
Gedurende de oorlog en de vrede ging deze worsteling door..... en nu heeft het gevecht zich verplaatst naar Europa..... naar de krachten, die nu regeren over de traditionele visgronden..
Veel mensen geloven dat de Regering achteloos voorbij is gegaan aan onze visserlui....... en de tijd zal het leren..
De trawler visserij heeft wat uitzonderlijke verhalen van heldhaftigheid gezien, van de gevaren, aanschouwd door onze trawler lui in hun dagelijkse leven .van beproeving; van leven en verloren gegane schepen in de nooit eindigende zoektocht om vis binnen te brengen en de afschuwelijke omstandigheden waarin de bemanning moet werken.
Hier willen wij graag twee gebeurtenissen te boek stellen.... die grafisch de gevaren op zee uit één zetten, in oorlog en in vredestijd..
Eerst gaan wij terug naar de vroege donkere dagen van de oorlog, toen onze trawlerlui zichzelf terug vonden in een aanvullend gevaar.........de vijand op zee !
Het was op een koude winterdag , op het einde van 1939, dat de trawler Barbara Robertson, onder commando van schipper E.Hall, uit Hull, naar de visgronden vertrok.
Binnen enkele weken , was de havenplaats ontsteld , om te horen, dat nu een andere trawler uit Fleetwood tot zinken was gebracht door een onderzeeboot.
De Barbara Robertson was het laatste slachtoffer.... het noodlot volgend van andere lokale trawlers, zoals de Davara, Wellvale, Rudyard Kipling, Arlita,, Lord Minto. Creswell, Sea Sweeper, Delphine, Thomas Hankins, Sulby. William Humphries en de Caldew.
Nog vele andere trawlers zouden hen naar een waterig graf volgen in de volgende 5 oorlog jaren.
En in vredestijd zou de tolgeld betaling op de mensen levens en de schepen doorgaan.
Maar terug kerend naar de vroege dagen van 1940, toen het nieuws van de Barbara Robertson terug kwam in de havenplaats.
De aanval op de 276 tons trawler werd in de duisternis uitgevoerd , bij het noorden van Schotland..
Een van de bemanningsleden werd gedood, toen de eerste granaat insloeg in het stuurhuis en de radio zender en het stuurgerei uitschakelde..
Daar de bemanning de reddingsboot nam en weg roeide, stopte de onderzeeër met het beschieten van de trawler, Zij ging ten onder, met haar voorschip, in ongeveer 20 minuten..
Beheerd door de Boston Diepzee Visserij en IJs Maatschappij, had de trawler ( geregistreerd met visserij nummer FD 50 ) een gemengde bemanning.... drie bemanningsleden uit Fleetwood, twee Poolse visserlui, wonende in de stad van de schipper en de rest van de bemanning uit Hull..
Tweede machinist , dhr. William Eyon, wonende in Abbotts Walk, vertelde, dat hij op wacht was in de machine kamer , toen hij twee schoten hoorde..
De Barbara Robertson “trilde “en de machine telegraaf rinkelde het commando “STOP “
Toen machinist Eyon aan dek kwam, was de reddingsboot al buiten boord gezet en hij klom in de reddingsboot.. Ik kon maar net de onderzeeër zien. Haar bemanning schreeuwde niet naar ons en zij bleven door vuren..
De bemanning roeide meer dan 12 uur, tot zij werden gezien door een vliegtuig, die een oorlogsschip in kennis stelde, om ons te redden.
Hoofd machinist Harry Dawe, wonend in de Londonstraat, leed aan blootstelling, daar hij al zijn kleren had verloren en schaars gekleed was.
Later, werden schoenen, trui en bivakmuts verstrekt, door de bemanning van het oorlogsschip.
Ook aan boord van de Barbara Robertson was matroos H. Ellerby uit Fleetwood, die ook op de trawler Rudyard Kipling aan boord was, toen het schip tot zinken was gebracht in de voorafgaande September maand.. Hij had toen 8 uur op het dek van de onderzeeër door gebracht, terwijl de bemanning van de trawler naar de Ierse kust werd gebracht.
Toen de oorlog uiteindelijk was beëindigd, vervolgden de trawlerlui hun baan, met het aan wal brengen van vis.
Toen waren er in vredestijd, ook veel ongevallen op zee , waar ook gehele bemanningen verdwenen met hun schepen.
Op zijn best hadden de visserlui te maken met de wrede zee en allerlei soorten van weersgesteldheid..
In 1951 maakte een trawler een reis, waar een kaartje aan kwam te hangen met de tekst , “een reis van het ene verdomde ding na het andere “,
Maar gelukkig eindigde het heel goed, voor iedereen.
Het was in de maand Februari, dat de trawler Wyre Monitor, met een bemanning van 19 koppen, terug keerde van een visreis naar de vis gronden in de Witte Zee.
Er werd verwacht, dat de reis drie weken zou duren, maar de reis duurde in werkelijkheid 45 dagen en er werd van geloofd dat het de langste reis is geweest die ooit in deze haven is opgenomen..
Het leek er op, dat er niets goed kon gaan voor schipper Harold Huntingford en zijn bemanning. Het lijstje van ongelukken begon, toen twee matrozen aan de wal gebracht moesten worden , daar zij te lijden hadden van influenza. ( Zij brachten een week door in het ziekenhuis. ).
Het schip keerde terug naar zee , met Noorse plaatsvervangers., maar men ontdekte problemen aan de machine.
Reparaties werden uitgevoerd in het plaatsje Vardo in Noorwegen en de Wyre Monitor ging weer naar zee..
Bijna op de visgronden zijnde, werd een mysterieus lek gevonden en zo moest er weer worden terug gekeerd naar Vardo..
Maar de reparatie kon daar niet worden uitgevoerd en de Monitor, met al haar beschikbare pompen bemand, maakte een 36 uur durende trip naar de Trondheim Fjord.
De reparaties duurden 9 dagen..
De zieke bemanningsleden waren weer beter en kwamen terug op het schip voor een proefvaart, wat volgde op de reparaties.,
Besloten werd ,
om niet terug te keren zonder vangst,
Schipper Huntingford zette weer koers naar de Witte Zee gronden,
Tegen die tijd, was de bemanning moe van de noordelijke duisternis en hun lange afwezigheid van thuis.,
Maar hun geluk veranderde en scholen met schol werden gevonden en hun vangst, met inbegrip van de schelvis, kabeljauw en andere soorten vis, realiseerde een verkoop waarde van £. 4400 aan de afslag in Fleetwood.
Het was echt een reis, om in herinnering te houden.
Twee verhalen uit het verleden......... maar wel twee , die de moeilijkheden markeren die op de zee zijn gericht , problemen die nog steeds de visserman onder ogen komen..
Verschillende schepen,
verschillende problemen
maar nog steeds dezelfde zee.
Einde.
.
Gelogd
J.H.
Schipper
Berichten: 2212
Re: Herinneringen deel 3
«
Antwoord #868 Gepost op:
14-11-2018, 15:58:41 »
antwoord 866 : zie ook antwoord 817 en 818
.
Gelogd
vreemdeling
Schipper
Berichten: 1860
Re: Herinneringen deel 3
«
Antwoord #869 Gepost op:
16-11-2018, 08:05:48 »
Het boek(je )
De Lijnhaalder
Oude voorvallen opnieuw bekeken.
Herinneringen van een Oude Scheveningse Reder.
Uitgegeven door
Boekhandel C.den Dulk
Scheveningen.
Oorlog.
Het was 4 April 1940, toen een schip de haven verliet, om verse vis te gaan vangen op de Noordzee.
Bij Puzzle Hole, ruim 54 “Noord en $”oost, werd een week goed gevist, totdat het schip plotseling beschoten werd door een Duitse voorposten boot.
Toen de Hollandse vlag werd gehesen stopte het vuren korte tijd. Eerst werd bevel gegeven het schip te verlaten met de boot, maar kort daarna kwam de oorlogsbodem langszij en kreeg de bemanning opdracht het schip te verlaten, Er werd bevel gegeven, naast elkaar te gaan staan, zodat men alles kon zien..
Er werd met zwaar geschut en mitrailleur gevuurd.
Het tuig en de vlag werden naar omlaag geschoten, de brug is er afgeschoten en tenslotte zonk het schip. Tegen de bemanning werd gezegd, wees maar blij , dat je er af bent. De bevelhebber zei tegen de bemanning, dat ze in het mijnenveld waren, maar dat was niet waar.
Verder zei hij, hen voor een Tommy te hebben aangezien..
Na ongeveer 3 dagen, kwamen ze in Wesermünde en werden gevangen gezet.
Na enige dagen werden ze ( het waren 8 mannen uit Scheveningen ) op een Nederlands schip gebracht om naar huis te varen, maar voor zij de Weser afgevaren waren, werd de boot terug geroepen en moesten de vissers op de kant gezet worden.
Zij zijn toen in een kazerne ondergebracht en 5 dagen later weer op een Nederlands schip gezet, om mee te varen naar Nederland, waar zij op 9 Mai 1940 binnen kwamen in Rotterdam..
De familie was pas uit de zorgen, toen de bemanning thuis kwam.
Het was opmerkelijk dat, de vaders van de bemanningsleden al weken lang, rust noch duur hadden, over het lot van hun kinderen, maar dat de moeders het niet zo duister inzagen.
Ze hadden van het schip dat over tijd was, al weken niets gehoord. De volgende dag 10 Mei vielen de Duitsers ons land binnen.
Kort geleden werd mij dit boekje overhandigd om eens te lezen..
En natuurlijk zal het niemand verbazen, dat dit mooie boekje afkomstig is uit de enorme collectie op visserij gebied van onze zeer geachte medewerker J.H.
Toen ik dit artikel gelezen had, werd het mij duidelijk , dat veel belangrijke gegevens niet vermeld werden door de reder
En op de kaft van het boekje staat niet voor niets...... “Oude Voorvallen Opnieuw Bekeken “...... dus ben ik mijn gegevens omtrent de Bep eens gaan bekijken.
Ik zelf was in het bezit van veel gegevens, die ik nu hier weer eens ga plaatsen en die reeds eerder door mij werden geplaatst op de site Vraag en Antwoord bij de rubriek Herinneringen No.1 antwoorden 285,286, 290 en 291 d.d. 26 Augustus 2009..
En tevens was de stuurman uit het verhaal mijn schoonvader en het meisje, wat uit school komt en haar vader verwelkomt, is nog steeds mijn echtgenote.. en het laatste nog levende kind van dit gezin
Pronk.
Sch.15 Bep
A.van der Veer publiceerde in “VERLIEZEN NEDERLANDSE VISSERSVLOOT “
1939- 1945
het volgende.
Motorlogger Bep SCH. 15
1916 Rotterdam 162 brt
J.J. van der Toorn Az, Scheveningen.
Op 12 april 1940 door een bewakingsvaartuig van de Kriegsmarine in de grond geschoten, nadat de bemanning het schip had verlaten.
De opvarenden werden naar Bremen gebracht en daar in de gevangenis opgesloten. Door tussenkomst van de Nederlandse consul kregen zij toestemming naar ons land terug te keren.
Wat weten wij precies van deze scheepsramp.?
De volgende verslagen zullen hierin iets meer duidelijkheid brengen en waarschijnlijk ook meerdere vragen oproepen.
Verslag/ Afschrift ( de tekst zo gelaten, zoals in de officiële staat vermeld is )
V’tH / RvH 4 juli 1940
A. no.2409
Betreffende : scheepsramp “Bep”Sch.15
Bericht op apostille d.d. 26 juni 1940 No.260
Bijlage : diverse
Onder terugzending van de mij bij nevenstaande apostille aangeboden bescheiden heb ik de eer U Hoogedelgestrenge mede te delen, dat door de Scheepvaartinspectie een onderzoek is ingesteld naar de scheepsramp op 12 april 1940,overkomen aan de motorlogger “Bep” SCH.15. De Raad voor de Scheepvaart heeft beslist, dat ter zake geen openbaar onderzoek zal worden gehouden.
Uit het voorloopig onderzoek is mij gebleken, dat het vaartuig , groot 151 Meg..ton bruto inhoud met geldig certificaat van deuglijkheid en voorzien van duidelijke kenteekenen als Nederlands schip van 7 tot 12 April gevischt heeft in de buurt van 2 Deensche snurrevaadvissers, die voor anker lagen op naar schatting 5 mijlen West van Puzzle Hole ( 54 20 N.Br en 4 19 O.L.)
Deze waren de 12en te 5.45 v.m. verdwenen, het zicht was slecht, men zag weinig meer van de andere visschers, die aldaar in de buurt waren.
Op 2 mijl afstand kwam een Duitsche treiler in het zicht,die eenige schoten loste en langszij kwam. Aan de bemanning werd beduid over te stappen. De bemanning mocht niets mede nemen.
Daarna werd het schip door een twintigtal schoten tot zinken gebracht. De plaats werd door de schipper geschat op 54 25 N.Br.en 4 20 O.L.
Uit afgenomen verhoor in Duitschland maakt de schipper op, dat hij verdacht werd van het geven van berichten door middel van postduiven.
Naar mijn meening is de gebeurtenis een onmiddellijk gevolg van den oorlogstoestand. Er is geen enkele aanleiding te veronderstellen, dat door de bemanning van de ”SCH.15 “ eenige handeling is
verricht in strijd met onze neutraliteit.
Indien het noodig is te weten hoe het Departement van Economische Zaken over deze zaak denkt, zou dit aan het waarnemend Hoofd van dat Departement kunnen worden gevraagd.
De Inspecteur-Generaal voor de Scheepvaart.
Je kunt je afvragen of dit een oorlogstoestand was.
Wij waren op dat moment toch niet in oorlog met Duitsland.
Op 10 mei 1940 werd door Duitsland aan Nederland de oorlog verklaard
Of had het iets te maken, met de gebeurtenissen welke op haar vorige reis waren voorgevallen.
*
Op 19 maart 1940 vertrok het schip om 19.00 uur vanuit Ymuiden ter trawlvisserij waar gevist hoopte te worden in de buurt van het lichtschip Terschelingerbank.
Verslag / AFSCHRIFT
_____________
Bericht no.2 Scheveningen, 3 April 1940
Reisrapport
Motortrawllogger “Bep “SCH.15 Eigenaar J.J.v.d. Toorn
151 Br.reg.ton Schipper : Nicolaas Pronk
De schipper verklaart als volgt:
Vertrokken den 19 den Maart 1940 te 19 uur van IJmuiden ter trawlvisscherij. zetten koers naar het V.S. Terschellingerbank,welk vuurschip op 20 Maart te 3.30 v.m. op korten afstand werd gepasseerd.
Op dit traject zijn geen mijnen, vliegtuigen, oorlogsbodems of andere schepen gezien.
Bij dit vuurschip werden een 20- tal Hollandsche visschersschepen gezien, o.a. de SCH.130, SCH 250, KW 78. Vischten tot 21 Maart steeds in de omgeving van het vuurschip en bevonden ons te 2.30 v.m. op 13 á 15 mijl afstand van Terschellingerbank. V.S. in peiling N t O per kompas ) (geen fout). Nadat het net gehaald was, werd hierna gestoomd NNO 25 mijl ( diepte 21 vm ) en Noord 10 mijl, zoodat het gegist bestek was 54 15 NB en 4 05 OL ( diepte 24 vm ) Dit was op 21 Maart te 7 uur v.m. In ’t Noorden kwamen op dit tijdstip 3 trawlers in zicht op een afstand van 7 mijl, n.l. 2 grote Duitsche marine stoom- trawlers en de stoomtrawler IJM.97 (“Bruinvisch “), welk schip opgebracht werd. Deze schepen lagen in een ZZO-lijken koers en lagen voor de SCH. 15 over, passeerden en draaiden bij en kwamen zoodoende achter de Sch.15 die, daar er geen seinen werden gegeven, met een vaart van 9,5 mijl zijn koers vervolgde.
Eén van de Duitsche trawlers gemerkt ) 4 ??, was geheel normaal geschilderd, nl een zwarte romp
( kleuren van de opbouw onbekend ) en voerde aan de gaffel van de bazaanmast een hakenkruisvlag.
Zeker één , maar waarschijnlijk 2 vuurmonden op het achterdek gezien.
De 2e Duitsche trawler bleef op een afstand van ruim een halve mijl. Van dit schip is verder geen notitie genomen, daar de eerst genoemde trawler 5 stooten op de stoomfluit gaf, waarna de SCH.15 dadelijk stopte.
Eerst werd er per scheepsroeper het een en ander gevraagd,hetgeen echter niet verstaan werd.
De Duitsche trawler stoomde met een vaart van ongeveer 9 mijl naar de SCH.15 toe en stootte aan bakboord zijde tegen dezen logger aan, zoodat de verschansingsstijlen werden krom gezet De bedoeling was, dat er eenige matrozen zouden overspringen,hetgeen echter niet gelukte, omdat Duitsche trawler te hoog lag en de sprong aan dek te gevaarlijk zou zijn.
Hierna werd door de Duitsche trawler een boot uitgezet en kwamen er 3 matrozen en één bootsman met gerichte revolvers in de hand aan boord van de SCH. 15.
De bootsman bezette dadelijk het stuurhuis, één matroos ging in de achterkajuit en bewaakte de radiozender en twee andere matrozen bewaakte de motorkamer.
De schipper werd in het stuurhuis geroepen en werd door de z.g. bootsman met een op hem van dichtbij gerichte revolver ontvangen.
Wordt vervolgd.
«
Laatste verandering: 17-11-2018, 12:07:07 door vreemdeling
»
Gelogd
Pagina's:
1
...
54
55
56
57
[
58
]
59
60
61
62
...
105
« vorige
volgende »
Ga naar:
Selecteer een bestemming:
-----------------------------
Vraag en antwoord
-----------------------------
=> Vraag en antwoord
=> Stamboom en Genealogie
-----------------------------
Hoofdindex
-----------------------------
=> Praatgroep Scheveningen
=> Wie wat waar
=> Gekeuvel
=> Alles over Duindorp
=> Drilling Offshore Site
-----------------------------
Historie
-----------------------------
=> Historische gebeurtenissen
=> Gebouwen en monumenten
=> Klederdracht
=> Portret Foto's
=> Straten en hofjes
=> Mooie momenten
=> Overige
1 uur
1 dag
1 week
1 maand
blijvend
Login met gebruikersnaam, wachtwoord en sessielengte
Powered by SMF 1.1.4
|
SMF © 2006, Simple Machines LLC
Laden...